658 -
Men verlaat de zaal onder den indruk van geweest te zijn in
<een overbodig groot en ondoelmatig ingericht lokaal, dat echter
met weinig kostbare veranderingen heel wat meer aan het doel
■zou kunnen beantwoorden en waaraan tevens een zeer gezellig
aanzien kan worden gegeven.
Gaan wij de gebreken na, dan valt dadelijk het geheel open zijn
der zaal op. Een gevolg hiervan moet zijn, weinig aandacht bij
het onderwijs, aangezien deze te gemakkelijk door oorzaken van
buiten kan worden afgeleid, iets waartoe bovendien de ligging
der zaal meestal tusschen de hoofdverkeerswegen in de kam
pementen in niet geringe mate bijdraagt. Bij regen en wind
wordt de zaal onbruikbaar: ik heb het meermalen bijgewoond
■dat de regen door de geheele zaal woei en de vloer natgeregend
wasdat hieronder een geregelde gang van het onderwijs
zwaar moet lijden, behoef ik niet te vermelden. Het nadeel
van het open zijn der zalen is zóó groot, dat, wil men gaan ver
beteren, de eerste maatregel moet zijn deze te sluiten. Doet
men dit niet, dan is het veel verstandiger den bestaanden toe
stand geheel te handhaven, aangezien elke andere verbetering
dan toch nutteloos zal blijken.
Gaat men echter over tot het sluiten der zalen over een
gedeelte der hoogte is reeds voldoende dan krijgt men daar
door tevens de beschikking over groote muuroppervlakken, die,
op passende wijze versierd, de zaal een heel ander, veel vroolij-
ker aanzien zullen geven. Hiertoe zal ook veel bijdragen de
aanwezigheid van banken en van een oppasser die steeds zorg
•draagt voor onderhoud en behoorlijke berging van alles wat zich
in de zaal bevindt.
Wordt de zaal dan nog eindelijk verrijkt met twee goede
lampen, geplaatst boven de middelpunten der twee groote cirkels
die men op het grondvlak kan beschrijven, dan is nog de eenige
zorg de inrichting der werktuigen te verbeteren, om een gym
nastiekzaal te hebben, die meer aan haar bestemming zal vol
doen, vooral in de garnizoenen waar men buiten het kampement
nu niet bepaald door veel afleiding verwend wordt.
De werktuigen zijn thans al bijzonder ruim over de zaalruimte
verdeeld. Onwillekeurig vraagt men zich af of daarop ook van