59 KORTE INHOUD. Gebrek aan een voorschrift in het militair recht omtrent het terug geven van stukken van overtuiging, met gevolg dat het H. M. G. dat gedeelte van een vonnis, waarin gelast werd dat een overtuigingsstuk aan den eigenaar zou teruggegeven worden, vernietigde. Beslissing van het H. M. G. om waar als hoogste straf militaire gevangenisstraf bedreigd wordt, de krijgsraad ombevoegd is eene lagere straf, bv. militaire detentie op te leggen, tenzij verzachtende omstandigheden worden aangenomen. Beslissing van het H. M. G.dat wanneer de gepleegde feiten be halve „diefstal in de chambree" ook opleveren „diefstal bij nacht in een bewoond huis", beklaagde aan het laatste moet schuldisr verklaard worden, omdat daartegen een zwaardere straf' bedreigd wordt. Uitspraak in de quaestie of hij die moedwillig en met kracht naar zijn meerdere, van wiens kwaliteit hij volkomen bewust is, een gras mes werpt, zonder bem evenwel te raken, zich schuldig maakt aan het bij art. 99 C. W. strafbaar gesteld misdrijf van „insubordinatie door een gebaar." Zooals de titel aangeeft. Mededeeling, dat. er volgens sprekers meening eene kentering is gekomen in het ongemotiveerd onmenschelijk optreden in den oorlog met minder beschaafde volken. Beschouwingen over de vraag in hoe verre eene mildere strekking is doorgedrongen in de gebruiken, toe gepast in onzen krijg in de koloniën, door tal van voorbeelden uit de laatste expeditiën opgehelderd (voordracht). Gegevens omtrent Boni, uit een militair oogpunt van belang, geput uit verschillende bronnen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 613