674
Het geheele land is zeer bergachtig. In het Z. en W. verheft
-.zich het Latimodjong-gebergte, waarvan de voornaamste toppen
-eene hoogte van 10.000 voet bereiken; in het N. het Centraal-
gebergte van Celebes, waarvan enkele toppen nog hooger zijn;
in het N. O. het gebergte van Oessoe, Tomori en Toboengkoe;
en in het O. het gebergte van Lelewaoe en Mengkoka.
Yan deze hooge gebergten breiden zich takken naar de kust
uit, waarvan de voornaamste zijn de Tiromanda, de Bottopoe-
wang, de Toiongkong en de Tampoga. Beide eerstgenoemde
eindigen ten N. van de hoofdplaats van het rijk, Palopo, waar
hunne uitloopers steil in zee afdalen. Langs de geheele oost
kust van de Golf van Boni loopt het gebergte eveneens steil
in zee af.
Alle bergen zijn met zwaar bosch begroeid en hebben een
woest aanzien; tot zelfs in de nabijheid van Palopo zijn in de
■bergstreken noch huizen, noch tuinen te bekennen.
Vlak land wordt alleen aangetroffen langs de W. en N."VV.
kust. Deze vlakten strekken zich eenige kilometers landwaarts
uit en zijn aan de westkust het meest bevolkt. Zij raken bij
vloed gedeeltelijk onder water. De bodem is week en moerassig,
vooral in de onmiddellijke nabijheid der zee.
De voornaamste rivieren zijn: de Djenemadja, deLarompong,
•de Boea en de Latoepa. Eerstgenoemde ontspringt op het Lati
modjong-gebergte, stroomt aanvankelijk in Z., daarna in O. rich
ting en voert zeer veel water af, dat rood gekleurd is, aan welke
eigenaardigheid de rivier haar naam ontleent. Hare oevers zijn
nagenoeg onbewoond, zoodat zij weinig bevaren wordt.
Meer gebruik wordt gemaakt van de Larompong en de Boea,
die onderscheidenlijk ten Z. en ten N. van de Djenemadja uit
monden. Iets ten Z. van Palopo mondt de Latoepa uit; een
zijtak hiervan is het riviertje waaraan Palopo gelegen is. Het
voert slechts weinig water af.
Talrijk zijn de riviertjes, die aan de N. kust van de Golf van
Boni uitmonden. De aan deze riviertjes gelegen kampongs, die
veelal gelijknamig daarmede zijn, kunnen van uit zee niet gezien
worden, doordien zij meestal meer of minder ver stroomop
waarts gelegen zijn, omdat het terrein nabij de monding te moe
rassig is en aldaar geen drinkwater aanwezig is.