102 10 u. 50' v.m. zond de Bevelhebber aan de colonne van der Noordaa den last om in Z. richting langs den voet van het gebergte naar Lampoih-Eumpée op te rakken, aangezien van die zijde onze troepen in Lam-Pisang nog steeds door vuur werden geplaagd. Daar echter het 14e Bataljon de ingenomen stelling niet kon loslaten zonder de veiligheid van den transportweg Lamdjamoe- Lam-Pisang in gevaar te brengen, deed de kolonel Stemfoort 2 compagnieën van het 9e Bataljon uit Lam-Asan naar Pakan- Badak komen en droeg den commandant op Lam-Toedoeng-Zuid en Lam-Roekam vast te houden. Eene compagnie van het 7e bezette op haar beurt de door het 9e verlaten positie's in N. O. rand van Lam-Asan. Nadat al deze bewegingen waren uitgevoerd, werd te 11 u. 18' v.m. aan den commandant van het 14e Bataljon order ver strekt om de bevolen beweging met kracht door te zetten. De colonnecommandant gaf voorts de volgende bevelen uit, aan a. den kapitein Weustmann met de artillerie, om stelling te zoeken bij de versterking in Lampoih-Eumpei met het front naar het Zuidwesten b. den kapitein Bruinis, om met 2 compagnieën door Lam- Oedjoeng langs den voet van het gebergte eveneens naar Lampoih- Eumpei te gaan en in den Z. en W. rand van die kampong stelling te nemen c. aan de reserve (compagnie Hahman), zich naar Lam-Be- lang te begeven d. aan de compagnie Collot d'Escury, om langs den grooten weg naar Passar-Oleh-Gli te gaan. De uitgezonden ordonnansen konden de colonne Bruinis in- tusschen niet vinden, terwijl de artillerie zooals we zagen in de modderige sawah vast zat. De compagnie Hahman liet in Lam-Belang eene sectie ach ter, ten einde de dwars over den weg liggende versterking op te ruimen en marcheerde door naar Pasar Oleh-Gli. Daar oncwaarde de korpscommandant om 12 uur, dat de com pagnie Weustmann met de artillerie zich niet in de aangewezen stelling bevondt, maar langs den weg was doorgerukt tot den Z. rand van Gemi-Roi. De sectie artillerie was daar opgesteld 60 M. zuidwaarts van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 114