144
plateau zeer loom liepen, werd van de goede gelegenheid, paar
den en mensehen in een leeg huis behoorlijk onder dak te bren
gen, gebruik gemaakt om hier te overnachten. Gras en gaba van
goede kwaliteit waren in voldoende hoeveelheid te krijgen.
Ge afgelegde afstand bedroeg dien dag 27 K.M. Den 6en
October om 6 uur v.m. werd opgebroken; de weg, die zich in
den beginne zeer goed liet aanzien en door koffieperceelen voer
de, werd verderop hoe langer hoe slechter. Door zwaar geacci
denteerd terrein en door een dicht begroeid bosch kwam de pa
trouille ten slotte voor een vrij breede kali, die niet overbrugd
was; de waadbare plaats bij kpg. Singorocljo was echter in dit
jaargetijde}zeer goed te noemen.
Hierna werd de weg tot Boclja beter; om half elf kwam men
aldaar aan.
Hier werd gras gevoerd en gerust tot 12 uur. Het was dien
dag bijzonder warm en de weg van Boclja tot Omarangloopen-
de over een groot aantal heuvels, was daardoor dubbel zwaar;
te Sekolo werd nog een half uur rust gehouden, waarna om kwart
vóór vier uur Omarang bereikt werd.
Dien dag waren 51 K.M. afgelegd. De manschappen wer
den onder dak gebracht in de niet gebruikte school, de paarden
onder den corridor daarvoor. Gras en gaba waren in voldoende
hoeveelheid en van zeer goede kwaliteit te krijgen.
Een half uur na aankomst werden de paarden in de nabu
rige kali gebaad.
Den 7en October werd om 6 uur afgemarcheerd naar Salati-
ga, waar de patrouille om half tien aankwam.
De afstand bedroeg 27 K.M.die bijna geheel met tempo
10' op 10' kon worden afgelegd.
Het beklimmen van de helling vóór Baiven en het afdalen
vóór Toentang geschiedden met de paarden aan de hand.
Halverwege Oenarang en Toentang stortte een cavalerist met
zijn paard, waardoor het paard zich de linkerknie licht schaafde.
Drukkingen kwamen onderweg niet voor, alleen op den voor-
laatsten dag had een paard een zeer geringe ribbedrukking, die,
den volgenden morgen verdwenen, na aankomst te Salatiga
echter weer iets opkwam; het paard bleef echter dienst doen
na terugkomst in het garnizoen.