298 „Voorts werd gevraagd of het niet noodig is aan het nieuwe „artikel eene bepaling toe te voegen, waaruit blijkt, dat de be- „doelde besluiten dezelfde kracht zullen hebben als die, vermeld „in het voorgestelde artikel 65. Eene voorloopige belasting „door de aangewezen autoriteiten moest toch kunnen leiden tot „het leggen van beslag op roerende en onroerende goederen, „landsinkomsten enz. Anders zou het besluit van belasting niet „veel beteekenen en veeleer eene waarschuwing voor den on trouwen landsdienaar zijn, om zijne bezittingen te verduisteren." Naar aanleiding hiervan teekende minister van Dedem in zijn „Memorie van Antwoord" aan: „Met de opmerking in de memorie van toelichting, dat van „besluiten waarbij voorloopig vergoedingen zijn opgelegd, beroep „op de Algemeene Rekenkamer moet openstaan, is slechts dit „bedoeld, dat de voorloopig opgelegde vergoedingen kunnen wor- „den te niet 'gedaan door de Rekenkamer, na het onderzoek „der rekeningen, die aan haar worden afgelegd. „Dat de comptabelen, aan wie voorloopig eene vergoeding is „opgelegd, zich daarover bij de Rekenkamer, die definitief te „beslissen heeft, kunnen beklagen, spreekt van zelf en behoeft „dus niet uitdrukkelijk te worden bepaald. „Aan de juiste opmerking in het voorloopig verslag dat op „de in het voorgedragen artikel 90 bedoelde besluiten van toe passing moet zijn, wat in artikel 65 omtrent de uitvoering der „besluiten van de Algemeene Rekenkamer werd opgenomen, is „gevolg gegeven bij de nota van wijzigingen." Intusschen bleef het wetsontwerp tot wijziging van de In dische Comptabiliteitswet in de toenmalige zitting (1893 1894) onafgedaan en kwam, door de daarop gevolgde ontbinding van de 2e Kamer der Staten-Generaal, geheel te vervallen. Den 14en December 1894, door den inmiddels opgetreden minis ter Bergsma opnieuw ingediend, werd ten opzichte van artikel 90 in het voorloopig verslag van 19 Maart 1895 het volgende gezegd „De laatste zinsnede van het artikel is daarin opgenomen „naar aanleiding van het voorloopig verslag omtrent het vorig „wetsontwerp. Er is hier sprake van vergoedingen, voorloopig „opgelegd, vóórdat het juiste bedrag is vastgesteld en enkel

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 310