313
De wijziging van artikel 18 geschiedde door den Legercom
mandant ingevolge machtiging, verkregen bij artikel 2 van het
Gouv. Besl. van 24 April 1900 No. 17, en was een gevolg van
de aanvulling, welke artikel 20 van dezelfde Instructie, bij even
genoemd besluit had ondergaan en welke daarop neerkwam, dat
de magazijnmeester, van af 1 Januari 1901, voor het door hem
gevoerde beheer rekenplichtig zou zijn aan de Algemeene Re
kenkamer.
De aanvulling van artikel 20 der „Hospitaalinstructie" moest
wel bij Gouv. Besl. geschieden, omdat de Legercommandant niet
bevoegd is nieuwe comptabele betrekkingen in het leven te roepen.
Welke autoriteiten de aanwijzing van landswege, bedoeld in
ai tikel 85 der comptabiliteitswet, kunnen doen, is nergens aan
gegeven. In verband met artikel 32 dier wet, zal de bevoegd
heid daartoe uitsluitend bij den Gouverneur-Generaal berusten.
Het opleggen van vergoeding aan den spijsverzorger, waarvan
m artikel 18 der „Hospitaalinstructie" allereerst sprake is, houdt
velband met ai tikel 82 der comp. wet. Zoo lang echter aan de
laatste alinea van dit artikel nog geene uitvoering was gegeven,
mistedeze bepaling wettelijken grondslag. Eerst door het uit
vaardigen van het Koninklijk besluit van 1 Maart 1904 No. 25
is, dooi het bepaalde in artikel 12 van dat besluit, aan de be
staande voorschriften nopens het opleggen van vergoedingen aan
mindere militairen wegens den lande toegebrachte schade, wet
telijke sanctie gegeven.
Het tweede gedeelte van artikel 18 der Hospitaalinstructie
heeft betrekking op het opleggen van voorloopige vergoeding
aan den magazijnmeester. Bij de wijziging van artikel 18 is
blijkbaar rekening gehouden met artikel 90 der comptabiliteits
wet en met het feit, dat de magazijnmeester sedert 1 Januari
1901 behoorde tot de personen, aan wie, voor tekorten in on
der hun beheer gestelde goederen, de voorloopige vergoeding
kon worden opgelegd.
De bevoegdheid, welke hier aan den administrateur wordt toe
gekend, is echter in strijd met het Gouv. Besl. van 18 Maart
1901 no. 21 (Bijblad 5574). In artikel zes van dat besluit zijn
de autoriteiten aangewezen, die ter verzekering van 's lands
belangen bij voldoende gebleken tekort in eenig comptabel
