315 pagniescommandant, dan is het de kwartiermeester, aan wien voor dit tekort voorloopig de vergoeding kan worden opgelegd. Hoe ongerijmd dit ook lijkt, is dit geheel correct, daar de gel den ter goede rekening beschouwd worden als deel uit te ma ken van de kas van den kwartiermeester. De compagniescommandant, geen comptabele zijnde, kan voor aan den lande toegebrachte schade slechts vervolgd worden op den voet van het bepaalde in artikel 82 der comptabiliteitswet en het daaruit voortgevloeide Koninklijk Besluit van 1 Maart 1904 No. 25. Weltevreden, Dec. 1905. J. F. C. Nienhuis. 1. M. T. i90(i.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 327