- 443 dant zijne artillerie en de algemeene reserve uit Ateuh Raija over de sawah rechtstreeks naar Lam-Oeri. Zij waren nog onderweg, toen plotseling „9e Bataljon voor waarts" werd geblazen. De commandant van dat korps had op het niet dadelijk over gebracht en verkeerd begrepen bericht van den commandant van het 6de Bataljon gemeend, dat genoemd Bataljon in gevaar verkeerde en onmiddellijk een compagnie te hulp gezonden, zich opmakend met de overigen te volgen. De colonne-commandant deed weer halt houden. De compagnie Koedijk hoorde echter het daartoe gegeven sig naal niet meer en kwam ten 12 u. 15 v.ra. bij het 6e, dat na tuurlijk geen hulp noodig had. De colonne-commandant reed nu deze compagnie achterna om zich zelf op de hoogte van den toestand te stellen en kwam tot de conclusie, dat de genomen benteng de koeta Tjot Lam-Panas was. Hij bracht den bevelhebber van den stand van zaken op de hoogte en gaf den commandant van het 9de Bataljon last, om met zijn korps, behalve de le compagnie, naar Tjot Lam-Panas op te rukken. De bevelhebber, die inmiddels bij dat bataljon was aangekomen, beval met de uitvoering van die order te wachten, tot de le co lonne op dezelfde hoogte zou zijndaardoor duurde het nog tot 3 u. n. m. vóór dat overste Veeren aan zijn opdracht voldeed. Wij deelden reeds mede op welke wijze de kolonel Stemfoort en zijn staf in Ateuh Raja kwamen. Met de hem vergezellende troepen was ook eene sectie van de bezetting van Biloel medegekomen, om het tegen den namiddag verwacht wordende vivrestransport den weg naar de le en 2e colonne te kunnen wijzen. Ten 11 u. 45 v. m. nog in Ateuh Raja zijnde, gelastte de bevel hebber de artillerie der 2de colonne en de dekking (2 comp. 6de Bat.) om over te steken naar Lam-Oeri, terwijl hij haar plaats deed innemen door 2 comp. van het 12de Bataljon en de sectie artillerie der reservecolonne. De 2 andere compagnieën van het 12e, waarbij de overste I. M. T. 1906. 30

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 455