452
vechtsvoering aan de artillerie gesteld worden, welke kansen zij
heeft om hare beteekenis te zien toenemen of wel verminderen.
III. De Artillerie is enorm tegengevallen.
Na de berichten omtrent het beslissende aandeel, dat de Ja-
pansche artillerie aan de eerste overwinningen zou gehad hebben,
moesten de latere mededeelingen, die bijna algemeen aan een
gevoel van teleurstelling uiting geven, des te meer de aandacht
trekken, hoewel de meening, dat de artillerie zeer tegengevallen
is, natuurlijk subjectief is, aangezien de mate van tegenvallen
afhangt van de gekoesterde verwachtingen. Deze waren aan
Japansche zijde vermoedelijk lang niet gering, want de Leidraad-
Schieten van Maart 1903 stelt als beginsel voorop, dat de artille
rie het meest werkzame middel is om den vijand te bestrijden 1).
Met dit denkbeeld ten oorlog trekkend, gesterkt door de onder
vinding aan de Jaloe opgedaan, moeten de latere gevechten wel
zeer ontnuchterend gewerkt hebben.
Een deskundige, die uit bijzonder vertrouwbare bronnen ge
put heeft, zegt 2).
Volgens deze uitspraak, in verband met de omstandigheid, dat
althans de japansche artilleristen niet als onhandig of onwetend
of bang gequaliflceerd kunnen worden, moet men tot het besluit
komen, dat snellaadgeschut in den modernen veldslag niet bij
machte is aan billijke eischen te voldoen, dat het dus niet alleen
lauwtjes wenschelijk, maar dringend geboden is de artillerie van
een beter wapen te voorzien. Door na te gaan, waarom het
snellaadgeschut fiasco maakte, leert men meteen, waartoe het
nieuwe kanon dan wel in staat moet zijn en kan men contro
leeren of het moderne geschut daartoe in staat is.
„Bisher wurde wahrend der Operationen der japanischen ersten
„Armee (Kuroki) kein einziger Fall beobachtet, wo Artillerie einen
„Yerteidiger erschüttert, einen entschlossenen Infanterieangriff zum
„Stehen gebracht hatte".
1) Wat omtrent de Japansche artillerie, geschut, organisatie en reglementen meege
deeld wordt, is grootendeels geput uit. M. C. Curey. L'Artillerie Japonaise. Paris 1905
(is een overdruk uit de Revue d'Art. 1904/5.)
2) Organ der mil.-wiss. Yereine LXX Band. 3. Heft. 1905.
„Der russisch-japanische Krieg", voordracht door Majoor v. Hoen, waarvan v. Reiche-
nau veronderstelt, dat hij uit de „denkbar beste1' bronnen geput heeft.