25 KORTE INHOUD. Een en ander over de Engelsche „pompoms" met toebehooren en over de indeeling daarvan bij cavalerie en bereden infanterie. Duitsche vertaling van het Russische voorschrift op de vuurleiding bij de veldartillerie. Bepleiting vau de bewapening van het personeel der veldartillerie met karabijnen, in hoofdzaak om de zelfstandigheid te verhoogen. De stand van het vraagstuk van het kanonterugloopsysteem, wat betreft de invoering bij de veldartillerie der verschillende Europeesche mogendheden. Vergelijking van de waarde van het Duitsche met die van het Fran- sche veldgeschut. De verschillende wijzen waarop men door artillerievuur de bedie ningsmanschappen, vuurmonden en caissons der schildbatterijen denkt buiten gevecht te stellen. Een waarschuwend woord tegen het algemeen streven om veldar tillerie uit gedekte stellingen te laten vuren. De groote beteekenis van dat vuur boven de oude vuurmethodede dwaalbegrippen die daaromtrent bestaan en een wenk om de moge lijkheid van dat vuur als eisch te stellen aan een eventueel in te voeren nieuw materieel bij de Indische bereden artillerie. Betoog voor de wenschelijkheid om batterijen van 6 stukken snel- vuurgeschut, maar van lichtere constructie dan het thans bestaande, aan de cavalerie-divisiën toe te voegen. Vervolg en slot. (Zie Lit. Overz. 1905IV). Mededeeling, dat de geringe uitwerking van het artillerievuur, in zonderheid van het G. K.-vuur, in den Russisch-Japanschen oorlog moet worden toegeschreven aan het innemen van gedekte stellingen. Het gebruik van den richtboog bij de Russische veldartillerie, op gehelderd door voorbeelden. Eenige beschouwingen naar aanleiding van het artikel „Ophelde- rings- en verkenningsdienst bij de bereden artillerie (I. H. T. 1903 No. 12, blz. 1192), waarbij de taak wordt aangegeven, voor het per soneel met dien dienst belast en de wijze, waarop het onderwijs daarin zou kunnen worden gegeven.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 597