"V A. IR- I
Kort overzicht van den stand van zaken op het eiland Sumatra.
(Met plaat VI.)
In grove trekken zal in dit opstel een overzicht gegeven worden van
het militair optreden op Sumatra gedurende het jaar 1905, dat voor
al daarom een belangrijk tijdvak vormt, omdat daarin zoo te zeggen het
laatste stukje onafhankelijk gebied op dat groote eiland onder ons gezag
gebracht werd. Aan dezen arbeid namen de troepen op Sumatra een
niet onbelangrijk aandeel, al ging het daarbij niet zoo bloedig toe als
bij den toeht door de Gajo- en Alaslanden, om de eenvoudige reden, dat
de meeste dier onafhankelijke landschappen zelf verzochten onder recht-
streeksch bestuur gebracht te worden, sommigen zelfs sinds jaar en dag;
zoodat de militaire macht alleen diende om de onwillige onruststokers
met hun aanhang den wil van het gouvernement te doen eerbiedigen.
Meestal waren die onrustige elementen afkomstig van reeds onder ons
onmiddellijk bestuur staande gewesten, waar zij geen plaats meer von
den voor hunne woelingen.
Zoo werden uit het Djambische gestadig aan de nog in het verzet vol
hardende anaq radja met hun volgelingen steeds meer naar de grenzen
gedreven. Tot in bijzonderheden den arbeid der militaire patrouilles na
te gaan gedoogt de plaatsruimte niet en zou ook weinig nut hebben.
Voldoende is het op te merken, hoe door een oordeelkundige alge-
meene leiding van den patrouillegang achtereenvolgens die vorstentel
genwaarvan er slechts twee genoemd zullen worden, n.l. Raden Mat
Tahir en de Pangeran Ratoe 1) uit de Ketalo, Kilis en Soemai stroom
gebieden in Westelijke richting werden gedrongen, naar de grenzen van
het onafhankelijke toe.
In het Kloempang Besar bekken trachtte R. M. T. zich een tijd op de
Indragirische grens staande te houden, doch hij werd gedwongen ook
deze streek te verlaten, waarop hij naar den rechteroever van de Batang
Hari overstak en de Boven-Tebo onveilig maakte. De Pangeran Ratoe
1) Om deze twee. hoofden verzamelden zich de anderen, al komen onder laatstbe-
doelden er ook voor, die gedurende korteren of langeren tijd voor eigen rekening werk
ten, R. Hl. T. is meer actief dan de Pangeran Ratoe, terwijl in het algemeen die heiden
vergeleken kunnen worden resp. met panglima Polem en den pretendent Sultan op Atjeh,