499 Intussehen hadden patrouilles van het detachement te Tjemplong te ver geefs getracht aanraking te krijgen met de benden van radja moeda 1 ot Kooy, een voornaam Manoebaitsch hoofd, die zich in het westelijk van het bivak gelegen zwaar begroeide gebergte op zou houden. Ter zijner arrestatie werd een detachement van 1 officier en 42 bajonetten te Oei Nail aan den Z. voet van den Fatoe Timo gelegerd. Dank zij het veel vuldig patrouilleeren meldde gmoemde radja, met zijne beide zoons, zich spoedig. En hiermede behoorde het verzet in het landschap Manobait tot het verleden. Begin Februari maakten ook de fettors van Ambenoe en Lelogaino hunne opwachting bij den Civielen en Militairen Gezaghebber. Laatst genoemde fettor, die nog 45 personen uit gouvernementsgebied gevan gen hield, werd aangezegd deze met spoed naar Pariti op te zenden. Dienzelfden dag werd de pretendent keizer van Sonnebait, die zich in kampong Biloto (N. O. van Tjemplong) ophield, door het hoofd van dien kampong met twee zijner broeders en eenige volgelingen uitgeleverd. Tevens werden in onze handen gestold 3 stokken met gouden knoppen, dateerende uit den Portugeeschen tijd; één er van wordt door de bevol king als heilig beschouwd. Den 8en Februari begaf een bereden patrouille onder een officie - zich naar kampong Bonfafi (N. O. v. Biloto) ter arrestatie van den Chinees Tji Aman vroeger klerk op het residentiekantoor te Koepang en wegens diefstal naar Tefnai gevlucht, sedert intellectueefe leider van het verzet Met 3 volgelingen werd hij gevangen genomen. Toen nu den volgenden dag in kampong Poea Messeh ook de moeder van Kornel Tefnai gearresteerd werd, kon het bivak te Oei Nail opge heven worden. In verband met eene aanstaande actie tegen Amanoebang en de verdere registratie van Takaip Ebbenoï werd het detachement te Tjemplong ver plaatst naar de samenvloeiing der Bendjaan- en Bakongrivier nabij de splitsing der handelswegen van Mollo en Amanoebang; dat te Toewa ging den 2en Maart naar Noea Taoes over, terwijl dat te Kaoeniki ter plaatse bleef. In de maanden December, Januari en Februari werden in het geheel 534 voorlaadgeweren ingeleverd, terwijl 17 gesneuvelden, 67 gevangenen en 68 voorlaadgeweren in onze handen vielen. Spionnage bij de Japanners gedurende den O.-Asiatischen oorlog. In den oorlog tusschen Rusland en Japan werd vooral door laatstge noemde mogendheid buitengewoon veel gebruik gemaakt van een goed georganiseerd spionnenstelsel. Dat in het bijzonder door de Japanners veel nut werd getrokken van spionnendiensten moet in hoofdzaak wor-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 511