601 - Mohamad 20 en 1 beaumontgeweer, T. Nja Geh van Oleh-Soesoeh 4 beaumontgeweren. T. Nja Imeum, de zoon van den eigenlijken hoeloebalang der IX Moekims, bracht den 15en Juni al zijne imams, met uitzonde ring van dien van Lam-Koenjit, die ziek heette te zijn, bij het bestuur. Hun werd nog eens duidelijk gemaakt, dat onze troe penbewegingen alleen ten doel hadden de vestiging van vreemde en kwade elementen te beletten. De bevolking van de III en IX Moekims keerde daarop weldra geheel in de kampongs terug, ook dat van Lam-Pager en Lam-Tengah in de VI Moekims. T. Tjoet Bantah van de IV Moekims bracht de imams van Koeh, Loh' Nga en Lam-Poe-Oeh in den kraton. Tuchtiging der V Moekims Montassik. Hoofden en bevolking der XIII Moekims Toengkoeb en der V Moekims Montassik gaven, zooals wij reeds opmerkten, door het opwerpen van versterkingen en het doen bezetten daarvan door bendehoofden als T. Brahim Montassik, Pang Arab, Panglima Nja Makam, Pang Sech, Habib Samalanga en de Teungkoes Soepi, Loeboek en Lam-Oe nog steeds blijken van vijandige ge zindheid. Na Lam-Krak kwamen zij dus wel het eerst voor eene tuchti ging in aanmerking. Daartoe werd eene troepenmacht van de volgende sterkte aangewezen. Algemeen Commando en Staf. Bevelhebberkolonel der infanterie J. W. Stemfoort. Chef v/cl Staf: luitenant kolonel C. P. J. van Vliet. Adjudanten: kapitein J. C. Smits. Ie luitenant F. J. Kroesen. Ie der cavalerie C. W. van Haaff. Ie J. P. Gentil. Toegevoegd. Commandant der bereden-artillerie: luitenant kolonel W. Boetje. Adjudant: le luitenant J. B. Doyer. Gewestelijk intendant: majoor intendant C. H. W. Boers. Ordonnansenach t.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 111