617
steuning gevolgd en vormde aldus een doel voor de in den tegen-
overliggenden rand van Lam-Bada genestelde vijanden.
Op hun beurt werden die lieden weer door de artillerie onder
vuur genomen.
Toen het 6e bataljon zich in Lam-Pasei en den Noordoostrand
van Lam-Bada had vastgezet, begon het artillerievuur echter ge
vaarlijk voor den eigen troep te worden.
Bij wijze van waarschuwing deed de korpscommandant een
huis in brand steken en gelijktijdig „artillerie ophouden met
vuren" blazen.
Ook de colonnecommandant had reeds opgemerkt, dat de vijand
voor het 6e bataljon in Westelijke richting week.
Hij deed het signaal „geheel voorwaarts" geven, waarop ook
het 9e en 7e bataljon, in verband met elkander, over de vlakte
tot den aanval op den Noordrand van Lam-Bada overgingen.
Alleen tegenover den rechtervleugel van het 7e bataljon hield
een klein getal vijanden stand. Over de hoofden der infanterie
heen, steunde de artillerie den aanval daarop met een paar gra
naatkartetsen.
Die aanval kostte ons geen verliezen en ten 3 u. 10 n.m. was
Lam-Bada bezet; in afwachting van nadere bevelen echter alleen
den Noordrand.
De colonnecommandant gelastte nu alle bataljons door te ruk
ken naar de Atjehrivier en vandaar weer in breed front en onder
het tuchtigen van Lam-Bada en Lam-Pasei terug te gaan. Een
compagnie van het 7e, die zich in Lam-Baroe bevond, moest die
kampong op gelijke wijze voor hare rekening nemen.
De algemeene bevelhebber met zijn staf kwamen op dat
tijdstip in Montassik aan. Van den commandant der le co
lonne kreeg hij daar kennis, dat deze zich in den Noordrand
van Lam-Pasei bevond en den linkervleugel der 2e colonne be
schermde.
Zonder verzet van beteekenis en regelmatig ging de terug
tocht in zijn werkalleen het 6e bataljon werd nog van de
overzijde der rivier beschoten.
Kolonel Stemfoort begaf zich naar de bij Aloer Oe opgestelde
artillerie en droeg aan den bij zijn staf aanwezigen comman-