625 Dg reglementen en voorschriften betreffende den inwendigen dienst, garnizoensdienst en eerbewijzen behooren daarom voor een vrij williger leger sober te zijn in bepalingen en bovenal op den duur praktisch uitvoerbaar, want vele bepalingen maken het ont duiken van enkele gemakkelijk, terwijl onpraktische langzamer hand eigendunkelijk worden veranderd, en dit moet voorkomen worden. Yoldoen bedoelde reglementen en voorschriften aan den eisch van soberheid, dan dient de nauwgezette opvolgingen van alsmede eene behoorlijke eerbiedsbetuiging voor en gehoorzaam heid aan den meerdere, nadrukkelijk geëischt te worden tot handhaving der tucht, die in een vrijwilligerleger spoediger ge neigd is te verslappen dan in bovenbedoelde railitielegers. ad 1. Dat het brengen van den militairen groet en de verdere eei bewijzen, zooals deze in den I. D. zijn voorgeschreven, be- hoorlijk geschiedt, zal niemand durven onderschrijven. Het vaststellen van het aantal passen vóór en achter den meerdere gedurende welke gegroet moet worden, is onpraktisch en de opvolging er van geschiedt zelden. Overigens zijn de bepalingen sober genoeg, tenzij men voor het afschaffen van den groet is, in welk geval het geheele hoofdstuk daaromtrent zou kunnen vervallen. Het brengen van den militairen groet en andere eerbewijzen aan den meerdere is echter een der weinige mid delen 0111 den mindere voortdurend te herinneren aan den eerbied, dien hij aan zijn meerdere is verschuldigd en daardoor zullen de groet en het overig eerbewijs nimmer kunnen verval len, zonder afbreuk te doen aan dit beginsel. Een grooter euvel dan het niet voorschriftmatig brengen van den groot moet dan ook het ontduiken er van worden geacht, dat bv. te Batavia opvallende afmetingen heeft aangenomen, vooral desavonds. Zich in een tram bevindende, wordt men door bijna elk min dere zonder groet gepasseerd en omgekeerd vergeet een mindere in de tram meestal eiken rang en graad. Posten voor 't geweer zullen tijdig te voren een zoodanig standpunt innemen, dat het brengen van het eerbewijs veilig achter wege kan blijven. De geringste afscheiding, een betrekkelijk geringe afstand is voor een mindere aanleiding om ziende blind te zijn. Door een dergelijken toestand wordt aan den eerbied voor den 1. M. T. 1906.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 135