WAT LEERT OAS I)E ZUID-AFRIK AAASCHE OORLOG.
C Vervolg van biz. 375.)
Sloe met inhoudsopgave.
Gonclusiën.
Is in het vorenstaande getracht een beknopt overzicht te
geven van de voornaamste gebeurtenissen uit den Zuid-Afri-
kaanschen oorlog en van de leeringen, daaruit te trekken, thans
wil ik trachten aan te toonen, dat ook voor ons de daar ver
kregen ervaringen van nut kunnen zijn, ondanks het feit, dat
tal van factoren in Indië een geheel anderen invloed zullen uit
oefenen.
Achtereenvolgens zal ik, aan de hand van de voorafgaande
artikelen, kort resumeeren de voornaamste feiten, die oorzaak
waren van nederlaag en succes, voor zooverre die feiten van
invloed zouden kunnen zijn bij een optreden onzerzijds tegen
een modern bewapenden, geoefenden en georganiseerden, dus
buitenlandschen tegenstander (B.V.).
I. Bij de Engelschen waren in vele gevallen de hoofdaanvoer
ders oorzaak van het geringe of te duur betaalde succes.
Dit is voor ons wellicht van het meeste belang en dit wel,
omdat zij hunne ervaringen uitsluitend verkregen hadden bij
oorlogen (expeditiën) tegen een Iniandschen vijand 1).
1) a. Ook ill Vol. III van „The Times History of the war in S-Afrika," zegt Z. S.
Araery; .koloniale expeditiën en ondoelmatige oefeningen hadden de opleiding der En-
gelsche hoogere aanvoerders in verkeerde banen geleid;"
b. Zie ook: „Der Infanterie Angriff" von Freijtag Loringhoven, blz. 110 en „Zur
Gefechtsausbildnng" v. d. Goltz
c. Balck zegt hierover: „In den IColonialkriegen liatten Englisohon Truppen den Sieg
zwar unter groszen körperlichen Ans'rengungen, jedoch nur mit geringen blutigen Op-
fern erkampft. Derartige Kiimpfe haben den Nachteil, dasz sie die Anschauungen in der
Armee triiben, welche Verluste ein jeder heute durchzuiiihrende ernste Angrifl'erfordert."
Zie bladz. 231 „De tocht van overste van Daalen" door J. C, J. Kempees.
I. M. T. 1906. o
