- 680 -
De commandant der 2e colonne, de luitenant-kolonel van Heutsz,
«af ten 7 u. 45 v.m. het volgende marschhevel uit:
„Commandanten 7e, 12e en 15e bataljon, cavalerie, 4e berg-
„batterij en genietroepen: m. -o m-
„Afmarsch over den weg naar Tjot Rang tot Tjot Bak Tjoe
„als volgt: 12e bataljon, artillerie, 7e en 15e bataljon.
Genietroepen bij voorhoede en artillerie.
Yoor de indeeling van voorhoede en artillerie zorgt comman
dant van het 12e bataljon. Mogelijk is hoogterand Tjot, kam-
"pong Djawa, west van Tjot Bak Tjoe, door vijand bezet. Zoo-
','noodig na voorbereiding door artillerie zal 12e bataljon die ste -
„ling nemen.
„Bevelen volgen dan."
De le compagnie 3e bataljon (repeteergeweren) werd ingedeeld
bij het 12e bataljon.
Na de munitie te hebben aangevuld, zette de colonne zich
8 u. v.m. in beweging.
De cavalerie was een uur vroeger reeds zelfstandig vooiui
gezonden met opdracht vóór de colonne te éclaireeren langs den
weg Kroeng-Gloempang, Tjot Rang, Lam-Goet, Toengkoeb, Mas
djid Siem, Kroeng Kali en vooral de op en nabij den weg gelegen
vijandelijke posities te verkennen.
Tot den ouden post Tjot Rang reed zij door, zonder iets van
een vijand te bespeuren, zoodat de colonne datzelfde traject in
marschformatie kon afleggen.
Oponthoud voor de artillerie leverde een overgang nabij ijot
Bak Tjoe op. Het was noodig daar een brug te herstellen.
Yan dezen gedwongen halt maakte de colonnecommandanu
gebruik om de volgende bevelen uit te vaardigen
a. Tjot Bak Tjoe 17-6-'96. 8 u. 45 v.m.
No. 13. Aan den commandant van het 12e bataljon infanterie.
Langzaam in gevechtsformatie in breed front oprukken over
„Masdjid Boeng Tjala naar Tjot Preh (Lam-Preh); Tjot Preh ver
branden. Daar bericht zenden en verband zoeken met 7e ba
taljon, dat westwaarts van u zal oprukken."
Mondeling werd den commandant van het 12e nog medege
deeld, dat de artillerie bij de reservecolonne zou komen.
b. Tjot Bak Tjoe 17-6-'96. 9 u. 15 v m.
