687 eerst ten half zeven bij Toengkoeb aan. Hier nam het thuis brengen echter een eind en werd ongestoord naar Lam-Njong doorgemarcheerd. Van dezen post en van Boekit-Karang werd de troep per stoom tram naar den kraton teruggebracht. De verliezen der 2e colonne beliepen: één Inl. fus. gesneuveld, een officier, zes Europeesche en één Inl. fus. gewond. Laatstge noemde bezweek nog aan zijne verwonding. Bij de batterij hadden twee kanonniers schotwonden bekomen. Verschoten waren 41 granaten, 31 G K. T 700 patronen tot repeteer- en 10509 tot beaumont-geweren, waarvan 10305 alleen bij het 5e bataljon De reservecolonne, waarbij de bevelhebber zich met zijnen staf had aangesloten, marcheerde ten 8 u. 35 v.m. van Kroeng Gloem- pang in de aangegeven richting af. Via Tjot Bang en Tjot Iri gingen kolonel Stemfoort en zijn staf naar Boekit Karang en vandaar 's middags half twee naar Koeta-Radja, aan de reserve-colonne het bevel achterlatend, via Toengkoeb ook naar Boekit Karang te mareheeren. Zonder vijandelijkheden te hebben ondervonden, kwam deze daar ten half twee aan. Kort daarop vernam men, dat de pretendent-sultan den 16en bij Panteh Karang was geweest, maar voor onze troepen gevlucht was. Berichten omtrent de door den vijand geleden verliezen von den wij niet opgeteekend. De nu volgende dagen kenmerkten zich door de talrijke pa- tiouilles en hinderlagen op kleine schaal, die van de posten der geconcentreerde linie uitgingen en verkenningen of machtsver- tooningen in verschillende richtingen door de expeditionnaire troepenmacht ondernomen. Toekoe Oemar trachtte zich van de hem toegebrachte slagen te herstellen, zou op eene groote chandoeri, door hem in Lepong gegeven, nieuwe panglima's hebben aangesteld en wijders Allah's zegen over zijne wapenen hebben afgesmeekt. Ten 20en Juni maakte de Oeloebalang der III Moekims Daroe, r. Panglima Bintang, voor het eerst na Oemar's afval, zijne op-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 199