509 doorgebracht in vredesgarnizoenen, waar van ontwikkeling der zelfstandigheid en het aankweeken van den moed der verant woordelijkheid dikwijls al heel weinig sprake is. Onze reglementen en voorschriften geven hiertoe trouwens in de eerste plaats aanleiding, door veel te veel in détails af te dalen en alles en nog wat te willen regelen. Ook te velde echter werd niet altijd alles in het werk gesteld om den lageren aanvoerder te vormen; te veel nog werd aan officieren opgedragen, wat zeer goed aan onderofficieren en zelfs aan korporaals toevertrouwd had kunnen en dus moeten worden te dikwijls werd verantwoording gevraagd van doorgaans weinig beteekenende feiten; te veel werd nog vergeten, dat persoonlijke moed alleen niet voldoende is om gemis aan of onvoldoende ontwikkeling van zelfstandigheid, ruimen blik en practischen zin te vergoeden. Ook in den Z.-Af. oorlog bleek bij het enorme verlies aan officieren, de noodzakelijkheid om op de meest kri tieke oogenblikken, onderofficieren en korporaals zelfstandig te laten optreden. Onze troep mag dan ook niet geacht worden voldoende voor bereid te zijn op de taak in een oorlog met een B. V., hoewel de algemeene toestand de laatste jaren enorm is verbeterd. Zoolang nog aan de woorden „Marechaussee" en „Infanterie" door de groote meerderheid de beteekenis gehecht wordt van volkomenen „nog niet" geschikt voor den dienst te velde, zoo lang blijft vorenstaande conclusie omtrent ons leger juist. Daaruit volgt al dadelijk, dat de marechaussee-opleiding voor de geheele infanterie behoort ingevoerd te worden, als inleiding tot de verdere vorming met het oog op den B. V. Echter dienen aan alle landaarden in het leger dezelfde rechten toegekend te worden. Voorts zouden onze reglementen en voorschriften, zelfs de meest huishoudelijke, eenig en alleen gebaseerd moeten worden op het beginsel: „wat kan gedaan" en niet minder „en wat moet nagelaten worden" om den troep geschikt te maken voor den modernen oorlog 1), Den compagniescommandant dient in 1) De door mij hiervoren besproken artikelen behandelen tal van van taktische onder werpen, van meer dan een standpunt bekeken, waaruit voldoende voor ons doel te put ten valt. Voorts verwijs ik naar het nieuwe Franscbe Inf. reglement.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 19