696 -
Het le detachement geniesoldaten was onder dekking van 50
bajonetten van de bezetting der posten alreeds vooruitgezonden
naar de Atjehsche versterkingen Batoe en Perampoean, teneinde
de zware, voornamelijk uit levende bamboedoeri bestaande ver
sperring op te ruimen
Een drietal bereden ordonnansen werden te Lam-Njong achter
gelaten om eventueel, omtrent de te Ladoeng gelande troepen,
inkomende berichten met spoed over te brengen.
Om 7 u. 45 en 8 u. v.m. meldde de cavalerie, dat missigit Toeng-
koeb, de oude versterking Toengkoeb en Batoe verlaten waren,
dat het hoofd van Lam-Poe-Oe de witte vlag heesch en mede
deelde, dat het terrein tot de oude versterking Kroeng-Kali on
bezet was, dat zich echter in de meer oostwaarts gelegen stelling
een 50 man onder Teungkoe Panteh G-lima ophielden.
Dat hoofd deed tevens het verzoek vrouwen en kinderen, die
zich naar het gebergte begeven hadden, te mogen doen terug-
keeren
De colonnecommandant gaf nu den commandant der reserve
last om, zoodra de artillerie ter hoogte van masdjid Siem zou
gekomen zijn, daar eene sectie bergartillerie in batterij te doen
komen en overigens door eene compagnie den zuidwestrand van
Kroeng-Kali te doen bezetten. Aan deze opdracht was ten half
negen voldaan.
Tegen 9 uur rapporteerde de cavalerie, dat zij een kwartier
te voren, eenige schoten had gekregen van een zestal vijanden,
die de brug over de Kroeng-Kali vasthielden en een oogenblik
later, dat zij ook vijanden gezien had in de oude versterking op
den Tjot Kariëng en den oostwaarts daarvan gelegen heuvel.
Ten einde verrassingen te voorkomen, beval de colonnecom
mandant, dat in den zuidoostrand van Kroeng-Kali eene cavalerie-
patrouille zou worden geplaatst en dat de kampong door eene
sectie van het 14e bataljon zou worden doorzocht.
Ten 9 u. 15 v.m. verliet de vijand de loopgraaf bij de brug en
trok op den Tjot Kariëng terug.
Om 10 u. v.m. deed kolonel Stemfoort eene batterij in den zuid
oostrand van Kroeng-Kali stelling nemen, om onze oude verster
king vandaar te beschieten.
Reeds vijf minuten na het het openen van dat vuur zag men