707 zijn eene bijna getrouwe navolging van die van het Nederlandsche militieleger, doch wat daar gunstig kan werken missen wij. Daar heeft men voortdurend één chef en dezelfde officieren en min deren daar ontstaat door onderling begrijpen en waardeeren op den duur ééne opvatting in het korps en, al zal de uitvoering in détails verschillen met de andere korpsen, voor dat onderdeel van het leger is en blijft zij dezelfde en er is eenheid in gedachte en uitvoering. Officier en soldaat weten daar, waar zij zich aan te houden hebben. Een dergelijke toestand zal in ons leger nimmer mogelijk zijn en daarom doet die slechte eigenschap zich ook „speciaal voor ons leger" gevoelen, zou een weinig méér gereglementeer, „spe ciaal voor ons leger", meer eenheid in de opleiding en oefening brengen, vele opvattingen plaats doen maken voor eenheid in de gedachte, gunstiger werken op den geest en de tucht in het leger. De chaos van opvattingen, die de nieuwere denkbeelden met zich gebracht hebben, doen een geest van verslapping ontstaan, ook in het officierskorps, want onder die opvattingen zijn er, die ontaarden in een veronachtzamen van militaire vormen en ver plichtingen, tot onbeleefdheid en nalatigheid toe, in een licht achten van het kleine kwaad, dat het plichtsbesef afbreuk doet; het zijn diezelfde verkeerde opvattingen, die meerderen weer houden dit kwaad met kracht te onderdrukken, hoezeer zij zich ook telkenmale, soms ondanks zichzelve, hieraan ergeren. Doordat de nieuwere denkbeelden, zooals zij zich voor militie- legers hebben ontwikkeld, in hun geheel in ons leger ingang hebben gevonden, doordat zij niet pasklaar zijn gemaakt aan de in ons leger aanwezig zijnde toestanden, is de geest en de tucht in ons leger er niet op vooruit gegaan. Wanneer dat zal geschied zijn, wanneer aan al die opvattingen en oorzaken voor goed een einde zal zijn gemaakt, zullen aan eene verslapping en onverschilligheid de levensvatbaarheid worden ontnomen; niet éérder. Een goede, opgewekte militaire geest moet zich ook buiten dienst uiten. In welk leger is de jonge officier buiten dienst zoo passief als in het onze? Sport-, gymnastiek- en schermvereenigingen zijn in ons leger onder de officieren vrij wel onbekend. Toch droeg diezelfde of-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 219