745 ijzer. Met het nagelen kan veel bedorven worden. Dit rnoet geschieden flink in de witte lijn, wat zeker zal geschieden als de gaten goed gestampt zijn. De dikke wand geeft aanleiding- tot het te hoog uitkomen der nagels. Dit moet worden voor komen door het geven van een flinken zwik, waardoor de na gel aanvankelijk in de witte lijn zal blijven, om op het juiste punt naar buiten te treden. Een te schuin aanzetten van de nagels zou de draagkracht van deze verminderen. Bij het af werken van den hoef wordt nog eens bijzonder de aandacht gevestigd op het afronden van alle overgebleven scherpe kanten en het wegnemen van alle losse hoorndeelen. De alzoo sedert eenigen tijd beslagen hoef zal een normalen vorm krijgen en behouden, en hiermede zal steeds gepaard gaan een verbetering van den hoef. Na zes weken is hij voldoende afgegroeid om opnieuw te worden beslagen. Slechts zeer zelden blijft een derde rij nagelgaten zichtbaar in den uitersten rand van den hoef, die door het afronden van dien rand nog meestal verdwijnen en al doen zij dit niet, totaal geen nadeel opleveren, daar zij niet op het ijzer werken. In het toongedeelte liggen nu de buitenwand van den hoef en het ijzer nagenoeg in één rechte lijn, terwijl het ijzer zich naar achteren verbreedt. Op het punt echter waar ijzer en hoef elkaar raken zijn beide naar binnen afgerond, waardoor dus om den hoef heen een driehoekige ruimte ontstaat, die langzamer hand verdwijnt naar gelang de hoef afgroeit, die echter nazes weken nog niet of slechts zeer weinig over het ijzer zal uitste ken, terwijl dan nog de afgeronde kanten geen vat op elkaar hebben (fig 2). De paarden te Banjoe Biroe, op deze wijze beslagen, hebben alle normale hoeven gekregen, waarbij het kappen nu ook op normale wijze gebeurt, behalve de reeds vroeger vermelde hoogst zeldzame uitzonderingen van slechte hoeven. Van de normalevoorgeschreven icijze van beslaan is in geenen deele afgewekenbehalve misschen wat betreft het wegnemen van den draagrand, waar reglementair slechts wordt gesproken van een aanzetten van den scherpen kant van de rasp tusschen ijzer en hoef en het wegnemen van uitstekende hoorndeelen door verti-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 257