767 -
besproeiingskanaal, welks waterspiegel niet zoover beneden het
bovenvlak van den weg ligt, dat bij eenigszins grooteren water
afvoer de weg niet onderloopt 1).
Een en ander maakt, dat zelfs goed aangelegde en onderhouden
Balineesche wegen, die in den drogen tijd ruimschoots bruikbaar
zijn, in den westmousson een aaneenschakeling vormen van mod
derpoelen, die ernstige hinderpalen voor de beweging zullen blij
ken, vooral voor de bereden wapens. Heeft men in de hooger
gelegen streken ook al minder last van waterleidingen, zoo treden
daarvoor in de plaats de sterkere hellingen en de vaak rotsige
gesteldheid van het terrein, waardoor bij nat weer de glibberig
heid van den weg bedenkelijke afmetingen erlangt. Vervoer per
as is als regel uitgesloten.
Verreweg het grootste deel van de inheemsche bevolking is
van Hindoe-Javaanschen oorsprong (wong madjapahit) en belijdt
den Hindoe-godsdienst, doch sterk verbasterd.
Van de oorspronkelijke bevolking, de Bali-aga zijn nog slechts
enkele nederzettingen over; gedeeltelijk heeft deze stam zijn
oorspronkelijken tot het Polynesisch heidendom behoorenden
godsdienst behouden, anderdeels zijn de Bali-aga tot den Islam
bekeerd, en worden dan met de ingeburgerde kolonisten van
Javaansche, Madoereesche en Boegineesche afkomst gezamenlijk
Balislam genoemd. Voorts treft men op het eiland viij veel
Chineezen aan, die meest aan de kust wonen, doch ook in het
binnenland, met name in Bangli, worden aangetroffen.
Ofschoon van een overheerschend type bij de Baliërs geen
sprake is, kan in het algemeen het volk als een schoon, wel
gevormd ras beschreven worden, grooter, slanker en lichter
getint dan de Javanen, met bijzonder levendige oogen en opval
lend lange armen, vooral bij de vrouwen. Het hoofdhaar wordt
lang gedragen, bij de mannen soms wel, bij de vrouwen niet
bedekt door een hoofddoek.
Mannen zoowel als vrouwen dragen als regel het bovenlijf bloot
beide seksen bedekken het onderlichaam met een kambèn een
meest gestreepten doek, die strak om de heupen wordt gehaald
1) De tusschen de rijkjes heerschende vijandschap veroorzaakt bijzondere venvaarloo-
zing der wegen en bruggen in de nabijheid der grenzen.