771
voorloopig begraven worden; alleen lijken van vorstelijke personen
en brahmanen worden in huis bewaard. Dat begraven geschiedt
in slechts 1 a 2 voet diepe kuilen op de sëma, zoodat de Bali-
neesche begraafplaatsen en hare omgeving voor het bivakeeren
van troepen gemeden moeten worden.
De lijkverbrandingsplechtigheden worden gevierd in den poera
dalem; zij gaan niet, zooals vele andere godsdienstige plechtig
heden gepaard met bepaald feestvieren, voor welke laatste be
zigheid de genotzieke Balinees overigens tal van gelegenheden
vindt, waarbij hij ook meestal zijn speel- en dobbelzucht kan
botvieren, vooral bij hanengevechten 1).
Yoor laatstgenoemd doel zijnde woonverblijven der Baliërs
allerminst geschikt. Deze zijn niet anders dan zeer kleine, op,
meest van aarde opgezette, verhevenheden gebouwde leemen of
bamboe hutten met alang-alang (lalang) ingedekt, die zoo goed
als uitsluitend tot slaapvertrek dienen. Verscheidene van der
gelijke hutten staan met de keuken, een of meer rijstschuren
(loemboengs) zelden een paardenstal, meest een karbouwen-
kraal, en dergelijke en niet te vergeten de offernissen op het
zelfde, gewoonlijk ruim van klapper- en andere vruchtbommen
voorzien erf, dat door een leemen muur of door een heg afge
scheiden is van een voorerf. Het geheele woonerf is verder om
ringd door 2 a 2.5 M. hooge, 2 a 3 dM. dikke leemen muren of,
in het gebergte, door hoogopsehietende, dichte levende heggen,
waarin slechts een nauwe ingang is uitgespaard, voorzien van een
hoogen drempel, teneinde te voorkomen, dat de talrijke varkens,
die vrij overal rondloopen,. het erf verlaten.
Meestal leiden eenige treden tot dien ingang, waarachter op
een paar pas afstands een muurtje (heg) aanwezig is om het in
kijken te beletten. Ook de toegang tot het achtererf, waarop de
woongebouwtjes staan, is hoog uit den grond aangebracht en
zeer smal.
Bij rijkeren treft men ook wel een of meer bale's aan, waarvan
de balé mandeng een hoog uit den grond opgetrokken gebouwtje,
bestaande uit een dak op stijlen, waartegen aan twee zijden
(1) Yoor dit laatste volksvermaak is in elke, eenigszins voorname desa een afzonderlijk
gebouw opgericht, dat door zijn afmetingen en zijn pendopoachtigen vorm bijzonder ge
schikt is voor troepen verblijf.