786 ook de beantwoording van de vragen: wat valt er te verwachten aan weerstand na de landing, voor het doel d. 1. het doen gehoorzamen aan onzen wil van hoofden en bevolking is be reikt? En: hoe staat het met de gelegenheid de troepen zooveel mogelijk valide te houden? Volgens berichten beschikt Badoeng over 3400 voorlaad- en 50 repeteergeweren, benevens een twintigtal kanonnen en lila'sTabanan over 1100 bruikbare voorlaad- 10 achter- laad- en repeteergeweren en 10 lila's, terwijl Bangli slechts een 250 voorladers zou bezitten. In Kloengkoeng moet het aantal geweren schaarsch zijn. Daar bovendien ieder volwassen Baliër beschikt over een 4 6 M. lange lans en een kris, kan niet ontkend worden, dat de bewapening van de vermoedelijke tegenstanders, waarbij men rekenen moet op een samengaan van Tabanan met Badoeng, vi ij sterk te noemen is, en wanneer de bevolking nog niet verleeid is hare stellingen zoo geducht in te richten als die van Djaga- raga en de verdediging daarvan even actief te voeren als toen en als in 1869, dan zullen onze troepen hunne overwinningen niet gemakkelijk behalen. Hoe het met de versterkte stellingen staat valt moeilijk met juistheid te zeggen; het mag evenwel betwijfeld worden of er nog zulke geduchte werken opgeworpen zullen worden; wei heeft men den Baliër ook thans den tijd daartoe gelaten, doch de krachtige eenhoofdige leiding, welke toenmaals van Goesti Djlantik van Boeleleng uitging, ontbreekt geheel. Van nature zijn de Balineesche kampongs sterk, zoowel door hun bouworde, als door de in het belang van bevloeiing of be waking gemaakte grachten (bloembang's, soeter's), welke steeds steile hellingen hebben, en bij een breedte van minstens 5 M. ook die diepte en meer door uitspoeling hebben verkregen, e bijzondere vaardigheid in aardwerken van den Baliër^stelt hem in staat in korten tijd de noodige werken (sempana's) ter be strijking van toegangen op te werpen, terwijl voorts mogelij aanwezige poera's niet gering te achten steunpunten opleveren. Al geven ook de gebruikelijke leemen muren geen bescherming teo-en onze geweerkogels en al kunnen zij ook vrij gemakkelijk met brandhaken omgetrokken worden, zoo leggen die reeksen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 300