799
gedraaid, zoodat de nokken op de tap vrij komen van de over
eenkomstige nokken in het gat van den wiegdrager, waarna ook
hier door de oogen aan voor- en achterbovenzijde de hefspaken
gestoken worden en de wieg opgetild en opgeladen wordt.
Vervolgens worden voor- en achteraffuit gescheiden.
Van de vooraffuit wordt het richttoestel tusschen de zijwangen
teruggetrokken, de kniekussens opgeslagen, de raden afgenomen
en het geheel op het vierde draagdier geladen.
Aan de achteraffuit wordt nu de spoor naar boven omgedraaid
en daarna dit onderdeel met de raden en het tempeertoestel
op het vijfde draagdier gelegd.
Alle draagzadels zijn aan elkaar gelijk, zoodat iedere last op
elk willekeurig draagdier gelegd kan worden.
Het in elkaar zetten van het stuk geschiedt in omgekeerde
volgorde.
Werking van den kanonterugloop.
Bij het afgaan van het schot gaat het kanon achterwaarts en
voert door de kragen, beneden en boven op den kanonloop aange
bracht, den ballastmantel en de slede mede. De slede glijdt over
de geleistukken van de wieg. Aan de slede zijn èn de zuiger
buis van de hydraulische rem, èn de cylinder van de spiraal-
veeren bevestigd, waardoor deze cylinders worden meegevoerd-
De geleistang van den cylinder voor de voorhaalveeren en de
zuigerstang van de hydraulische rem zijn vóór aan de wieg
verbonden en blijven dus op hun plaats.
Door ventielen in den zuiger wordt het doorstroomen van
de glycerine bij den terugloop geregeld.
Om den remcylinder bevindt zich één spiraalveer, welke achter
steunt tegen een steunmoer van den buitencylinder en vóór
tegen een kraag van de zuigerbuis.
Tusschen de steunmoer en dien kraag wordt de veer gespannen.
De voorhaalveeren zijn twee teloscoopsgewijze over elkaar ge
legde spiraalveeren door een tusschenbuis gescheiden.
De buitenste veer steunt achter tegen een kraag op de tus
schenbuis, vóór tegen een borst van den cylinder.
De binnenste veer steunt achter tegen een steunmoer op de
geleistang en vóór tegen een kraag in de tusschenbuis.