- 811
De invloed van den St. C. op de bediening zal, evenals die van
den Gr. C. bij de infanterie, onder werkzaam vuur veel minder
zijn dan vroeger. Toch blijft hij de onmisbare schakel tusschen
S. C. en bediening.
Wij zouden zelfs afzonderlijke schilden ter hunner dekking
willen doen meevoeren
Over de snelheid van beweging lieten wij ons reeds uit en ver
schillen met den Heer P. van opinie, „dat snellere gangen dan
stap bij de voorgestelde artillerie te velde geheel uitgesloten"
zouden zijn.
Het tegendeel is waar! De dieren kunnen het wel en bewijzen
dit op de meest ongelegen tijdstippen, de menschen moeten het
leeren
Ook wat betreft het „in stelling sluipen" blijven wij met het
oog op de eigenaardige toestand van ons leger wat aanvulling
en reserve aangaat, bij ons gevoelen. Ook wij zouden het gaarne
anders willen, doch het kan en mag niet door ons haast totaal
gemis aan eenige reserve!
In den "Russisch-Japanschen oorlog leerden de eerste slagen, dat
de uitwerking van het artillerievuur van dien aard is, dat het
vertoonen van een batterij gelijk staat met haar aan vernietiging
prijs te geven, zooals de Russische artillerie in de slagen bij de
Jaloe en Wafankou moest ervaren.
En aan weerszijden beschikte men nog niet eens over kanonnen
met K. T.
Hierna werd zoowei aan Japansche als aan Russische zijde schie
ten uit gedekte stellingen regel.
Toch toonden beide parijen gedurende den oorlog in ruime mate
begiftigd te zijn met energie, moed en doodsverachting.
De noodzakelijkheid van „dekken" moet dus wel overwegend
groot geweest zijn, te meer, daar men wist, dat als gevolg van
het ongeoefend zijn in het indirect richten de vuuruitwerking
belangrijk lijden zou. (Het is dus iets dergelijks als in den oorlog
70/71 toen de Duitschers gedurende den oorlog hun gevechtswijze
moesten veranderen en van het gevecht in gesloten orde over
gaan tot het gevecht in verspreide orde).
Hoe geheel anders zal de vuuruitwerking zijn bij artillerie, die
