855
De Merangin, linkerzijrivier van de Tambesi, vormt de afwa
tering van het meer van Korintji.
Nabij Poelau Sangkar neemt deze rivier rechts de Lingkat
op, die zich te voren in 2 armen splitst, het eiland Poelau
■Sangkar vormende.
Een zijrivier van de S. Lingkat is de S. Lempoer.
Meren.
Het meer van Korintji ook Danau Gedang genoemd, bevat
helder, zoet water, heeft een zwartzandigen bodem en lage
meestal moerassige, boscbrijke oevers met tal van diepe in
hammen.
Diepte en vischrijkdom worden als zeer groot opgegeven.
Lengte en breedte worden op 10 en 6 K.M. geschat.
De Korintjiërs bevaren het in gewone prauwen (zonder vler
ken); de Engelschman Charles Campbell, die het in 1800 be
zocht, geeft op dat hij er eenigen tijd op rondzeilde. Bij slecht
weder is de vaart door soms plotseling opkomende valwinden,
zeer gevaarlijk.
Aan de oevers -worden talrijke doesoens aangetroffen.
Danau Ketek ligt in het zuidelijke deel van Korintji, bezui
den het pad, dat de doesoens Lempoer en Lampahoeng verbindt.
Het is een klein meertje, eveneens zoet water bevattende.
Begroeiing.
Voor zoover de bodem niet voor den landbouw is opengelegd,
hetgeen voornamelijk in den omtrek van het meer van Korintji,
in het stroomgebied van de Batang Si Oelak en in de nabijheid
der doesoens het geval is, is hij in hoofdzaak met dicht oerwoud
bedekt 1).
Als veel voorkomende goede houtsoort wordt „boelian" (ijzer
hout) genoemd. De zware begroeiing maakt, zelfs vanaf berg
toppen en ruggen, overzicht over het omliggende terrein slechts
bij uitzondering mogelijk.
Bamboe komt veelvuldig en in goede soorten voor. Slechts
hier en daar nabij de doesoens bij geplant, wordt vooral bam-
1) Wilde dieren olifanten, rhinocerossen, tijgers en de Maleische beer (beroewang)
komen veelvuldig voor.
Reizigers ondervinden er veel last van bloedzuigers.
