885
op 60 c.M. willen brengen, om de beperking van den terugloop,
waar juist onder grootere elevatie grootere werking op de af
fuit ontstaat, zoo gering mogelijk te doen zijn.
Ook hier achten wij een verheffing van 24° voldoende.
Een derde oplossing, waarbij de geheele affuitconstructie on-
gewijzigd blijven kan, geeft het Krupp'sche patent op een kanon
met terugloop op de affuit, waarbij aan het kanon zoowel in
vereeniging met de bovenaffuit, als ook aan het kanon alleen
.ten opzichte van de bovenaffuit, verheffing gegeven kan worden 1).
In 't kort komt dit hierop neer.
De Kulas van het kanon is achter draaibaar aan de wieg be
vestigd. Voor is het kanon met een platte nok, die tusschen
twee opstaande nokken op de wieg komt te liggen, aan de wieg
verbonden. Wordt deze verbinding losgemaakt, dan kan het
kanon vóór opgetild en tusschen dit en de wieg een soort stut
geplaatst worden, waarvan het bovendeel overeenkomt metvN
de nokken van de wieg, het onderdeel met den nok aan het
kanon. Door bouten wordt de verbinding tusschen kanon en
stut en wieg en stut verkregen.
Geeft men nu aan het kanon door plaatsing van den stut een
elevatie van 10° ten opzichte van de wieg, dan wordt bij groot
ste elevatie van de bovenaffuit van 15° aan het kanon een
verheffing van 25° gegeven. Alleen om te vuren op afstanden
boven 5000 M. zou dan bij ons project de stut geplaatst behoe
ven te worden.
Echter om deze constructie toe te passen, zou instede van
den kapvormigen ballastmantel, de doosvormige ballastmantel
van Generaal Körner moeten worden gebezigd. Deze mantel
is achter draaibaar aan de wieg bevestigd, voor met nokken als
boven aangegeven.
Evenwel wij zijn geen voorstanders van den doosvormigen
mantel. Wellicht, dat het derde middel, hoewel het eenvoudigst,
buiten toepassing zal moeten blijven.
De Skodawerke, die we over de zaak schreven, zal in deze
moeten beslissen.
Als verdere verbeteringen aan ons project gaven we der
Firma aan, het toestel voor automatisch tempeeren achter
1) Kriegstechnische Zeitung 1905, Heft 6, blz. 351.
I. H. T. 1906. 60