920 beteren, dat de loopen weer in dienst gesteld konden worden. Aangezien de geweerloopen in Indië nooit den laatstbedoelden vorm vertoonen, kan uitfreezen bij die loopen ook nooit een goede werking op het schieten uitoefenen. Zou men het uitfree zen immers toepassen op loopen, als te voren onder den vorm A, B, C en D opgegeven, zoo zou juist een gedeelte van den loop worden weggenomen, dat aan het projectiel de beste ge leiding geeft. Omdat het nauwe gedeelte voor aan de monding volgens de ervaring 2 d.M. lang en van een kaliber van minstens 6.60 m.M. moet zijn, zouden die 2 d.M. zooveel langer moeten worden als de lengte bedraagt, waarover het uitfreezen plaats heeft. Po leeren zou in dit geval dan echter nog te verkiezen zijn boven uitfreezen, omdat bij poleeren de geleiding langer wordt gemaakt. Behalve de bovengenoemde afwijkingen in het inwendige van den loop, vindt men dikwijls aan de monding de reeds genoemde poetsgleuf. Bij oude loopen heeft de poetsgleuf geen merkbaren invloed op de schietuitkomsten de bovengenoemde algemeene kalibergrens voor nog goed schietende loopen, is zoowel toepasselijk op loopen mèt als zonder poetsgleuf. Dit moge o. a. blijken uit het feit, dat van een compagnie 63 loopen werden afgekeurd, waarbij slechts i loop mèt en 5 loopen zonder sterke poetsgleuf, die bo ven de kalibergrens waren. Bij de compagnie bleven nog 123 gebruikte loopen in bewapening, waarvan 29 een even sterke poetsgleuf hadden als bovengenoemde afgekeurde loop. Ware dus de poetsgleuf van merkbaren invloed, zoo hadden onder de afgekeurde loopen meerdere voor moeten komen, die met een sterken poetsgleuf nog boven de kalibergrens waren. De invloed van de poetsgleuf stel ik mij dan ook hoofdzake lijk voor als volgt Op het oogenblik dat het projectiel de monding zal verlaten, komen de gassen in de gleuf naast het projectiel. De daardoor veroorzaakte kracht, geeft het projectiel een schok, die tot re sultaat heeft een afwijking van het projectiel in de richting van de plaats van die gleuf (zie onderstaande proef). Evenals nu een draaiende tol door een stoot aan den voet wel op zijde doch niet over den kop gaat, blijft draaien

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 436