962
dat achter die rivier, die met sampans overgetrokken moest wor
den eene doorloopende zware borstwering was opgeworpen, doch
dat, langs den rechteroever der Si Oelak marcheerende, 's vijands
linkervleugel gedekt genaderd kon worden. Verder werd nog
de ligging van Penawar, Hiang en Soengei Penoeh (zie schets
1 Extra-Bijlage No. 17 en plaat XXIX) verkend.
Ten 1 uur n.m. keerde het detachement in het bivak terug.
Den volgenden dag werd, na aftrek van een sectie op transport
naar Koto Limau Saring en 1 sectie ter bewaking van het bivak
Rawang, met de rest der colonne opgerukt naar Tanah Kam-
poeng. Den vorigen avond waren sampans gerequireerd en voor
zichtigheidshalve de prauwvoerders in het bivak gehouden. Door
zorgeloosheid waren zij echter spoedig weer verdwenen, waarop
door de hoofden van Piawang aangewezen lieden uit hunne hui
zen gehaald en in de sampans gebracht werden.
Ten 7 v.m. afmarcheerende, werd tot 800 M. van 's vijands
stelling de linkeroever der Si Oelak gevolgd, terwijl één peloton
op den rechteroever in stelling zou komen in den rand van de
open moeras-vlakte voor de borstwering gelegen, om vandaar
uit met vuur den aanval der troepen voor te bereiden en te
steunen. Alvorens dat peloton echter in die stelling was aan
gekomen, naderden de hoofden van kampong Tanah Kampoeng
met witte vlaggen de colonne, zwommen de rivier over en boden
hunne onderwerping aan, verklarende, dat het aanleggen dei-
versterkingen geschied was op last van Depati Batoe Ham par,
en lieden uit Hiang den vorigen dag daaraan gewerkt hadden.
De onderwerping werd aangenomen, de kampong door de troe
pen doorzocht en de bevolking onder leiding van de Genietroepen
en onder dekking van 1 sectie Inlanders, die tevens de sampans
zou bewaken, gelast de loopgraven op te ruimen aan de Air Itam
en het aan den N. oever daarvan gelegen moeras te overbruggen.
Na den hoofden de door hen te volgen gedragslijn aangegeven
te heboen, besloot de Expeditiecommandant, in verband met
het vroege uur (10.15 v.m.) onmiddellijk op te rukken naar de
mendapo Hiang, de verblijfplaats van den alzoo gevreesden Batoe
Hampar. Na ten 11.30 v.m. de kampong Penawar West, waai
de hoofden hunne onderwerping aanboden, gepasseerd te zijn,
werd tegen 12 uur 's middags de drassige vlakte van Penawar