963 Oost betreden. Op het zien van eenige honderde met geweren, klewangs en lansen gewapende vijanden werd de voorloopige gevechtsformatie aangenomen (2 sectiën in gesloten groepen in de tirailleur-linie; 2 groepen rechter- en linkerondersteunings- troep; 1 sectie dekking ambulance en 1 sectie reserve). Een vijandelijk hoofd trachtte de zaak in der minne te schik ken; daarom werd voorloopig niet gevuurd doch wel doorgemar cheerd. De vijandelijke bende had zich intusschen in drie deelen gesplitst; twee deelen, elk van 100 man, rukten op onze flan ken aan, de rest 200 man) rukte tegen ons front op. Toen de vijand op den rechterondersteuningstroep tot den lans en klewangaanval wilde overgaan, en ook de andere ge deelten plotseling een hevig vuur op onze troepen openden, werden eenige salvo's afgegeven, die den vijand spoedig uit elkaar deden stuiven. Dicht bij de rivier gekomen opende de vijand het vuur uit den kampong Hiang Koto Baroe. Zonder aarzelen werd daarop onmiddellijk de rivier doorwaad, de in gang, een met zware deuren gesloten opening in een waring- inboom, van den kampong geforceerd, de vijand, waaronder een bende van 100 man, die juist dien kampong wilde binnen dringen, verdreven, en daarop den over de drassige sawah-vlakte vluchtenden vijanden door salvo's nog vele verliezen toegebracht. Ten 2 30 n.m. werd de terugmarsch aanvaard; de troepen in Tanah Kampoeng sloten zich bij de colonne aan; de gewon den werden per sampan vervoerd. Ongehinderd werd ten 6 n.m. Rawang bereikt; onderweg bleek het, dat de bevolking van Tanah Kampoeng zich zeer volgzaam getoond, een groot deel der versterkingen opgeruimd en loopbruggen over de Air Itam en het moeras aangebracht had. Den 13den Juni rukte een peloton uit om na te gaan of bij de kampongs Penawar en Tanah Kampoeng de bevolking nog bezig was met den arbeid aan wegen en bruggen. Geconstateerd werd, dat reeds een behoorlijke patrouilleweg tot kampong Penawar dien dag gereed kwam en de bruggen aanmerkelijk verbeterd waren. Aanzienlijke voorraden werden dien dag van Koto Limau Saring naar Rawang opgevoerd. Nadat, sedert den vorigen dag, koelieloonen waren uitbetaald, werd eerstgenoemde post

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 479