988
Bijlage II.
1IET SCHOOLSCIIIETEX
De oefening a tot en met k zijn gerangschikt volgens de
zwaarte.
De reeds verkregen bekwaamheid bij de Voorbereidende oe
feningen is maatstaf tot bepaling van de oefening, waarin iedere
leerling begint.
In de opeenvolging der oefeningen van eenzelfden leerling is
verzwaring aan te brengen, zoowel volgens den aard der oefening
als volgens afstanden en houding. Bij die opeenvolging moet
gestreefd worden èn naar geleidelijke verzwaring èn naar af
wisseling.
a. Schieten op de voor ieder schot 5 seconden zichtbaar gestelde
schijf; in verschillende houdingen, opgelegd en uit de vrije hand,
en op verschillende afstanden.
Waardeering der schoten volgens punten, waarbij een niet in den
aangegeven tijd gelost schot als een misschot wordt aangemeikt.
b. Als a schijf 4 seconden zichtbaar.
Als a. schijf 8 seconden zichtbaar.
cl. Als a. schijf 2 seconden zichtbaar.
g Als a schijf minder dan 2 seconden zichtbaai
f. Snel achter elkander verschieten van de 5 patronen uit
het magazijn met tijdopname; in verschillende houdingen, op
gelegd en uit de vrije hand en op verschillende afstanden.
Waardeering der schoten volgens tijd en punten, waartoe de
laatste gedeeld kunnen worden door een getal afhangende van
het aantal seconden, waarin de 5 schoten gelost zijn.
Als 8 patronen, waarvan de eerste drie afzonderlijk in
één houden
Als 14 patronen, waarvan de eerste vier afzondeilijk in
één houder.
De oefeningen a. tot en met h. voorafgegaan door minder
of meer zware lichaamsoefeningen, als duurloop, snelloop, sprin
gen, zwaren marsch, enz.
/j" Schieten op de bewogen wordende schijf, die voor ïedei
schot 2 seconden zichtbaar wordt gesteld; in verschillende hou
dingen, opgelegd en uit de vrije hand, tot op 150 M.