549 chenko geeffc andere redenen daarvoor op, die niets met de be weegbaarheid te maken hebben. In den Jaloe-slag gingen 15 Russische kanonnen verloren bij den terugtocht door een défilé, waarvan de randen door Japansche infanterie bezet waren. Dat de beweegbaarheid der veldartillerie niet toeliet haar steeds ter gewenschte plaatse te brengen, blijkt wel uit het groote getal bergkanonnen, dat door beide partijen gebruikt en steeds vermeerderd werd. In den beginne beschikten de Japanners over 216 van deze vuurmonden, systeem Arisaka M/98, terwijl de Russen maar 2 batterijen ter plaatse hadden met kanonnen van verouderd model (M/83). Vooral Kuroki's tocht van de Jaloe naar de Tai-tse-ho en zijne herhaalde omtrekkingen leidden door moeilijk bergterrein. In den slag bij Liau-jang zouden de Russen het gebrek aan berggeschut erg gevoeld hebben en tegen het einde van den oorlog zouden de Japanners 400 en de Russen 270 bergkanonnen in het veld gehad hebben 1). Omtrent de uitwerking van het berggeschut, dat der Rus sen bestond ten leste bijna uitsluitend uit snelvuurkanonnen „Les Japonais,n'avaient pas beaucoup de peine a con- „tre-battre avec succes le feu de notre artillerie. Dès qu'ils y avaient „réussi, ils faisaient un bond de 100 Sajénes (213 M.) en avant et, „avec leurs obus allonges, tendaient une sorte de voile entre la batterie „et son échelon de ravitaillement. Ils s'efforQaient d'atteindre nos „caissons et nos avant-trains, et leur infanterie exécutait une attaque „energique. Comme, dans la plupart des cas. nous avions concentre notre „artillerie pour en faciliter le commandement, ils arrivaient plus faci- „lement a leurs fins. II suffisait qu'une batterie perdit son personnel, „pour qu'il fut impossible de la retirer de la position (c'est dans des „cas analogues seulement, qu'on avait abandonné des bouches a feu)." „Ein grosser Vorteil fiir die Japaner besonders im Anfang war „die reichliche Dotierung mit Gebirgsgeschützen, welche dem Feld- „geschütz an kaliber gleichdie Mitwirkung von Artillerie auch in „sehr schwierigem Terrain ihre Beigabe an Umgehungsgruppen ge- „stattete." (v. Hoen). 1) Gebirgsartillerie. Int. Revue Sept. 1905.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1906 | | pagina 59