626 van Thorneycroft zelf, afgezonden te 2.30 n.m., met het daarop gestelde bijschrift van Coke. Beide zijn vroeger reeds medegedeeld Thorneycroft 's bericht was ernstig genoeg, maar uit Coke 's bijschrift moest Warren wel opmaken, dat de door Thorneycroft gevraagde versterkingen ingegrepen hadden, al kon het geschut- vuur der Boeren niet bedwongen worden. Ook eindigde Coke's schrijven met de geruststellende ziensnede: „We appear to be hol ding our own at present." Maar bovendien had hij reeds eerder, vol gens zijne eigen opgave te 3.40 n.m., van Coke het heliogra- fische bericht gekregen, dat „the hill is cleared of the Boers; „the necessary reinforcements have been sent up; Scottish- „Rifles just reached top," Dit heliogram, verzonden na het stel len van het bijschrift op Thorneycroft's melding van 2.30 n.m. -en met deze twee stukken in verband gebracht, moest Warren wel tot de overtuiging brengen, dat het noodige op den Spionkop verricht werd. Nadat hij dus in den loop van den namiddag tweemaal vernomen had, dat de toestand ernstig was, moest hij zich na ontvangst van de laatstaangehaalde berichten aan merkelijk gerustgesteld gevoelen. Te 6.30 n.m. liet hij door lampsignalen aan Coke vragen, of twee bataljons voldoende waren om den top vast te houden, waarbij de andere dan in reserve konden blijven Zijne voor nemens worden duidelijk in het licht gesteld door hetgeen hij omstreeks dezen tijd aan Lyttelton telegrafeerde: „The assistance you are giving most valuable. We shall try to remain in „statu quo during to- morrow. Balloon would be of incalcula ble value." s) Tusschen 7.30 en 8 u. n.m. ontving Warren Coke's sombere melding van 5.30 n.m. Het overgeseinde bericht werd spoedig bevestigd door het schriftelijke bericht en aangevuld door de mondelinge medeelingen van den kolonel Morris, den met 1) IV, blz. 69, beweert, dat dit heliogram eerst te 7. 30 n.m. ia Warren's bezit kwam Hoogstwaarschijnlijk bestaat hier verwarring met Coke's bericht van 5.50 n m. 2) Warren zegt deze vraag ten gevolge van een telegram van den Opperbevelhebber gedaan te hebben, zonder echter den inhoud van dit telegram mede te deelen. Er wordt geen antwoord vermeld. 3) Ontvangen door Lyttelton te 6,50 n.m. (III, blz. 87).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 106