657
ling slechts dan het meeste nut der lessen kan trekken, wanneer
de belangstelling voor het vak bij hem is opgewekt.
VII. Inrichting der gebouwen.
Teneinde de leeraren in staat te stellen de verschillende voor
werpen in de z.g.n. modelzalen aanwezig, gemakkelijk gedurende
de lesuren te kunnen halen, dienen deze vertrekken met de leer
zalen voor de vakken, die daarvoor in aanmerking komen (land
en volkenkunde, artillerie, versterkingskunst en pionieren b.v.)
inéén te loopen, terwijl zij voor gemakkelijker bewaking zoo
veel mogelijk naast elkander moeten liggen.
Met eenigen goeden wil en eene practische bouwwijze zouden
vei dei de Nederlandsche en de IndischeAcademie de modelzalen
en de bibliotheek gemeen kunnen hebben, misschien zelfs ook
de leerzalen. Men dient dan op eenzelfde terrein een pavilloen voor
huisvesting der Nederlandsche en een voor de Indische cadetten
te vestigen, een of meer pavilloens voor leerzalen, bibliotheek en
modelzalen, een pavilloen voor ziekeninrichting en dokterswoning,
de noodige woningen voor het personeel en verder stallen, rij'
wielloodsen, zoo mogelijk een zwembassin enz. Het aantal mane'-
ges, gymnastiek-en schermzalen moet voldoende zijn om de daar
te geven practische oefeningen in verband met de theoretische
lessen op de meest gewenschte uren te kunnen houden en bovedien
voldoende gelegenheid over te houden voor vrijwillige oefeningen.
De tegenwoordige K. M. A. zou dan geheel moeten worden
verbouwd. Het terrein blijft waarschijnlijk groot genoeg want
een zoo groot exercitieterrein en een exercitieloods zijn niet
noodig. "Wenscht men echter uit historische overwegingen en
uit eerbied voor de Koninklijke schenking het oude kasteel
niet te sloopen, dan dient op eene andere plaats eene nieuwe
inrichting te verrijzen. In de verschillende zalen moeten met
oordeel veel kaarten, teekeningen, platen (vooral Indische foto
grafieën), tabellen, en grafische voorstellingen worden opgehan
gen, alles op hoofdhoogte en voorzien van duidelijke bijschrij
vingen. Wat verouderd is, moet worden weggenomen. Van
al deze voorwerpen dient een catalogus te worden aangelegd
en vooitduiend bijgehouden, zoodat de leeraar, waar noodig, naar
het catalogusnummer kan verwijzen.