534 tervleugel der Boeren aan te vallen, varen; hij wees er Bulier op, dat in elk geval eerst de Spionkop genomen moest worden, omdat de weg Fair-View—Rosalie op een afstand van slechts 2000 M. daarlangs in de richting van Ladysmith voerde. Alvorens een besluit te nemen, riep Warren de onder hem bevelvoerende opperofficieren in een krijgsraad bijeen. Allen verklaarden zich tegen een aanval op den rechtervleugel der Boeren, zoodat Warren's plan uitgevoerd zou worden. Daar de ondernemingen van de Engelschen op de voorgaande dagen al de aandacht van de Boeren op den Tabamyama geves tigd hadden, was het zeer waarschijnlijk, dat de Spionkop slechts zwak bezet zou zijn. Een krachtige, verrassende aanval op dezen, den naasten omtrek beheerschenden kop bood dus veel kans van slagen. Voor een volledig en blijvend succes was echter een algemeene aanval op de geheele stelling der Boeren noodzakelijk, zoodra de doorbreking door den voorgenomen aan val op den Spionkop gelukt was. Echter werden voorloopig alleen maatregelen voor het nemen van den Spionkop genomen. Warren bestemde hiervoor troepen van de 10de brigade, die in den nacht van den 22sten op den 23sten in alle stilte de beklimming moesten beginnen. De des betreffende schriftelijke bevelen kwamen niet voor 5 u. n.m. uit, zoodat de commandant der 10de brigade, Generaal-Majoor Talbot Coke, in niet geringe verlegenheid geraakte. Zijne brigade was den 22sten Januari, te 2 u. v.m. op marsch gegaan, om nog in den voormiddag bij Warren's troepen aan te komen. Zij was dus niet geheel frisch en bovendien onbekend met het terrein, waarin zij moest optreden, terwijl de andere troepen onder Warren's bevelen hier al eenige dagen aanwezig waren. Ten gevolge van het ver gevorderde uur zag Coke geen kans om, nog vóór den afmarsch, de hoog noodige terreinverken ningen uit te voeren en andere voorbereidingen te treffen. Een gids was niet te krijgen, zoodat Warren de onderneming wel 24 uren moest uitstellen. Den 23sten Januari verscheen de Opperbevelhebber in War ren's hoofdkwartier. Aanvankelijk verbaasd en ontstemd, omdat hij den toestand nog niet verbeterd vond, nam hij ten slotte genoegen met Warren's voornemens aangaande den Spionkop.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 14