EEII EI DSI'RO JECT1 EL VOOH ARTILLERIE TE VELDE. Met plaat XX en XXI. Vervolg en slot van biz. 671). In verschillende richting werd naar de oplossing van het vraag stuk gezocht. Men heeft de compositie vulkogels willen vervangen door stalen vulkogels of door puntkogels, van voren het zwaarst, om ze met de punt naar voren te doen vliegen, om zoo de schilden te door boren. Deze kogels werden gelegerd in een springmiddel. De uitwerking van het projectiel was als G. K. vrij voldoende, de tophoek van den verspreidingskogel der vulkogels bedroeg 16 a 20°, de uitwerking als B. G. was te gering. Proeven in Zweden genomen met G. K. met een centrale bri sante springlading, leidde tot negatieve resultaten. Maxim Nordenfeldt heeft een projectiel geconstrueerd, waarvan de vulkogels liggen in de groeven van een ijzeren kern. welke een sterke brisantlading bevat. Hiervan wordt gemeld, dat de springpunten goed zijn waar te nemen en de moreele uitwerking zeer gevat is. Yan de materieele uitwerking, de hoofdzaak, werd niet gerept. In Frankrijk wordt een eenheidsprojectiel beproefd. De vulkogeltjes zijn vastgezet met een explosiefstof, die veel overeenkomst heeft met ammonal (ammonium nitraat en 20 aluminiumpoeder). Werkt bij dit projectiel de tijdbuis, dan springt het projectiel als een G. K. en de explosiefstof verbrandt zonder te explodeeren. Werkt echter de schokbuis, dan detoneert de explosiefstof en werkt het projectiel als B. G. Welke de uitweiking is lekt nog niet uit, alleen kon reeds nu gezegd worden, dat ook hier de uitwerking als B. G. gering moet zijn, omdat de brisantlading niet in een bepaalde richting naar buiten op de vulkogels kan werken. I. M. T. 1907 5 1

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 189