540 het hoofd J), onder leiding van den Luitenant-Kolonel Thorney- croft zelve. De tocht was buitengewoon moeilijkvele rusten werden gehouden om de manschappen op adem te laten komen waarbij sommigen dadelijk insliepende genietroepen lieten een deel van hunne gereedschappen achter. Toen de colonne den top dicht genaderd was, liet Thorney- croft zijne manschappen in linie opmarcheerende Lancashire Fusiliers deden hetzelfde en eerst nu werd de bajonet opgezet. Door eene vijandelijke post aangeroepen, wierpen allen zich plat op den grond, zoodat het vuur der Boeren zoogoed als geen uitwerking had. Zoodra Thorneycroft meende, dat zij hunne magazijnen lediggeschoten hadden, gat hij het teeken tot den stormaanval, die volkomen gelukte. De overrompelde Boeren vluchtten in groote wanorde 2) en zoo hadden de Engelschen den Spionkop ten koste van slechts 10 gewonden 3) tegen 4 u- v.m. veroverd. Drie hoera's verkondigden dit aanvankelijk succès aan de achtergebleven troepen, waarop de Engelsche artillerie dadelijk het zadel tusschen den Spionkop en den Groenen Berg en de noordelijke hellingen van den Spionkop onder vuur nam, om aanvallende bewegingen bij de Boeren te beletten. Hoewel de richting overdag was vastgelegd, was dit een vrij onschadelijk strooivuur. De doelen, waartegen het bestemd was, waren im mers niet te zien. Om het gewonnen punt te behouden, wilde Woodgate den top in staat van verdediging stelleneene verkenning van het be zette terrein was daartoe noodzakelijk. Kaarten of betrouwbare schetsen bezat men niet, terwijl eene dikke mist met de duis ternis elk uitzicht onmogelijk maakte. Dit had eene reden te meer moeten zijn om de gesteldheid van den top zorgvuldig te verkennen, vóórdat men zich ging ingraven. In alle richtingen had men officieren, ieder door eenige manschappen vergezeld, moeten uitzenden, om de zoo noodzakelijke terreinverkenning, als 't ware tastender wij ze, uit te voeren. Uitgaande van de aldus 1) Yele officieren en manschappen van Thorneycroft's Ber. Inf. hadden vroeger bij de Natalsche Politie gediend en bezaten alzoo eene zekere terreinkennis. Yerg. ook VII, blz. 39. 2) IX, blz. 92 en 93. 3) Volgens Thorneycroft's gevechtsbericht (III, blz. 69). Woodgate meldde aan War ren, dat het verlies slechts 3 gewonden bedroeg (III, blz. 66).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 20