804: w, waarin gaten. Door deze gaten loopt de stang x, welke van boven en van onderen verbonden is met het touw. Om he^ bovengedeelte is de spiraalveer welke de stang steeds naar boven drukt. Plaatst men zich nu recht vóór de schijf, als deze in losge vallen toestand is (fig. 13 pl. XXVI) en trekt men nu het touw t aan het losse einde naar zich toe, dan zal eerst de veer y iets ingedrukt en de arm rvan den hefboom opgetrokken worden. De arm r volgt de beweging, drukt daarbij tegen den ondeikant van het haakje d en richt dit op, tot de bovenkant van het haakje stuit tegen den stuitnok q. Het haakje d heeft nu een vasten stand gekregen. Haalt men nu het touw verder naar zich toe (eenigszins krachtig) dan wordt dus delate met allesi wat daaraan vast is, dus ook de schijf a, opgetrokken, waai bij de veer y sterker wordt ingedrukt. Bij dit zich oprichten van de lat c', zal dus het haakje d, met zijn schuin bijgewerkten voorkant, tegen het plaatje n van het toestel R komen, dit plaatje naar achteren drukken (zie lig. 14:) totdat het bovengedeelte van het haakje onder het plaatje doorglijdt, waarop dit door de werking van de veer onmiddellijk weer naar voren slaat en door de omgebogen nok k gestuit wordt. Het haakje zit dus nu reeds achter het plaatje. Laat men nu het touw langzaam los, dan zal door de zwaarte en de hel ling van de lat c' en de werking van de veer e, de late' naar voren vallen, de vlakte achterkant van het haakje dus komen tegen den achterkant van het plaatje n. De veer y heeft zich daarbij nog niet geheel ontspannen en de arm r' en dus ook fjcj nog niet terug gevallen. Geeft men nu het touw geheel vrij, dan valt ook de hefboom terug en het geheel is in den stand gekomen als fig. 15 aangeeft. Het haakje cl is nu wederom geheel vrij ingesteld achter het plaatje n en zal weder door zijn zwaarte omlaag vallen, zoodra er een geringen schok of trilling op wordt uitgeoefend. Op de lat c' is een losse figuurschijf a bevestigd, zooals in fig. 7 is aangegeven. Treft dus nu een projectiel de schijf, dan zal door den daar door opgewekten schok het haakje losvallen, de schijf vooi over vallen en achter de voorgelegen borstwering verdwijnen, om

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 288