827
men, wat deze laatste omstandigheid betreft, in het gunstige
geval, dat bijna alle garnizoenen per spoor of tram zijn te be
reiken en de reizen derwaarts betrekkelijk gemakkelijk en
spoedig zijn te verrichten, zoodat zij niet veel tijd in beslag
nemen. Voorts laat de organisatie van het personeel op de
groote Intendance-afdeelingen toe, dat bij afwezigheid van den
chef, de dienst kan worden waargenomen door een der op zijn
bureau geplaatste officieren, zooals artikel 100 der Intendanten
instructie voorschrijft 1). In de kleine intendance-afdeelingen
op de buitenbezittingen is de toestand niet zoo gunstig. Daar
kan niet per spoor of tram worden gereisd en zijn er dikwijls
vele dagen noodig om de te inspecteeren garnizoenen te bereiken.
Bovendien laat daar de organisatie van het personeel niet altijd
toe, dat de dienst kan worden overgelaten aan een anderen op
het bureau geplaatsten officier. Wel kan dan, ingevolge even
genoemd artikel 100 worden beschikt ovei den oudsten kwai-
tiermeester van het garnizoen, maar het laat zich begrijpen, dat
niet dan bij hooge noodzakelijkheid daartoe zal woi den o vei ge
gaan, daar deze officier niet op de hoogte kan zijn van den gang
van zaken op het intendance bureau en in ieder geval nog zijn
eigen dienst behoort gaande te houden.
Voorts is ook de wijze waarop de dienst der Intendanten is
geregeld niet in hun voordeel.
Zoo draagt de VlIIe afdeeling hunner instructie hun de betaling
op van traktementen en dergelijke vaste inkomsten aan de in
artikel 71 bedoelde personen, met den aankleve van dien, een
arbeid, die al geschieden die betalingen op „mandaat" niet
als „intendance"-dienst is aan te merken en die zonder be
zwaar aan den kwartiermeester van het garnizoen kan worden
opgedragen. De Intendant wordt daardoor meei aan zijn bui eau
gebonden dan noodig is.
Eindelijk blijkt ons uit artikel 96, dat alleen, indien eene in-
1) Terloops zij naar aanleiding Tan dit artikel de aandacht er op gevestigd, dat van
die waarneming in het algemeen de oudste der op het bureau beschikbare officieren moet
worden aangewezen, zoodat o.m. in de Ie Mil. Afd. op Java, de Majoor-kwartiermeester
steeds als waarnemend gewestelijken intendant moet optreden ingeval van tijdelijke afwe
zigheid van den titularis en die dan een verantwoordelijkheid moet aanvaarden, waar
voor het strict genomen niet aangaat ZHEG. in aanmerking te brengen, zoo'ang op het
bureau nog over andere intendance-officieren kan worden beschikt.