GEWAPENDE POLITIEDIENAREN, IN VERBAND MET EXPE DITIES, AFSCIIAIFING SCHUTTERIJ EN LEGERRESERVE. Yoor de bevestiging en uitbreiding van ons gezag in de be zittingen buiten Java is het in de laatste jaren herhaaldelijk noodig geweest een deel van de op Java gelegerde troepenmacht naar die gewesten te zenden. Meestal moest daarbij krachtdadig worden opgetreden en werd zelfs op grooten tegenstand gestuit. Die tegenstand openbaarde zich dikwerf reeds bij de landing, dan wel aan de grens van ons rechtstreeksch gebied. Vóórdat nabij de kust of de grenzen van ons gebied ons gezag voldoende bevestigd was, waren veelal de troepen genoodzaakt het binnenland in te rukken en zich over verschillende stand plaatsen te verdeel en. Was reeds de geregelde aanvulling dezer expeditionnaire-troe- pen, in verband met het valide gedeelte van ons leger dikwijls zeer bezwaarlijk en leed de doorgezette actie daaronder meer malen, in nog grooter mate was dit laatste het geval wanneer op de operatiebasis benden kwaadwilligen de rust verstoorden. Om dit tegen te gaan, was men wel eens verplicht troepen, die reeds ver waren doorgedrongen, terug te roepen, zoo o. a. toen de bende van Raden Mat Takir zich naar de Kompehstreek bene denstrooms van onzen post Djambi verplaatste. Eveneens leed soms de actie in het binnenland zeer door de onveiligheid, die dicht bij onze operatiebasis heerschte. Zoo was het b. v. noodig op Celebes in Sawietto en Sidenreng bestendig twee compagnieën te legeren, hetgeen tengevolge had, dat op meer in het binnenland gelegen posten zooals Enreking en vooral Kalossi de actie moest beperkt worden en benden kwaadwilligen zich dikwerf op geringen afstand van onzen uitersten post Kalossi gedurende langeren tijd konden ophouden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 348