877 een lager vereenigd waren, onder de commandanten Grobler en Steenkamp daarheen afgemarcheerd. Door eene beschadiging aan een voertuig van den geneeskundigen dienst opgehouden, was deze afdeeling genoodzaakt den nacht 9/10 December door te brengen op nog geen 3 K.M. afstand van Robertshoeve. Zonder iets van de nabijheid dier afdeeling te vermoeden, vervolgden de Engelschen om 2 uur 's nachts hunnen weg. Opnieuw werd een spoorbaan overschreden en in oostelijke rich ting opgerukt. Gatacre verloor thans alle orienteering, omdat hij vermoedde, dat die tweede spoorbaan die van Rosmaed naar Stormberg was geweest. Hetzelfde overkwam den meesten officie ren der colonne, die niet met de gewijzigde marschroute in kennis gesteld waren. Zij hielden dezen tweeden overweg voor dien, gelegen even ten zuiden van het zadel van Stormberg. De marsch vorderde slechts langzaamom 345 Y.M. bereikte de colonne, waarin zich reeds het onrustige vermoeden verspreid de, dat men den rechten weg gemist had, het kruispunt van paden en wegen ten Westen van den Kissieberg, zoodut men zich thans werkelijk op het punt bevond, waarheen Gatacre via Yan Zyll's hoeve had willen marcheeren, maar waar men misschien 3 uur vroeger zou zijn aangekomen, als niet de om weg over Robertshoeve gemaakt was. Van hier werd de marsch in noordelijke richting voortgezet langs den voet van een heu velreeks. Hoewel het reeds een weinig licht begon te worden, verzuimde men eene patrouille te laten marcheeren op den hoogtekam op den rechterflank der colonne. In het lager der Boeren was men juist begonnen kookvuren aan te leggen, toen om 415 Y.M. bij een der brandwachten een schot viel, weldra gevolgd door meer, waardoor in een oogenblik het geheele lager gealarmeerd was. Door het plotselinge vuur waren de Engelschen volkomen verrast, waardoor eene groote verwarring ontstond. Spoedig gelukte het Gatacre de orde te herstellen en begonnen de beide bataljons, het Iersche links, de fuseliers rechts, de hoogten te beklimmen. Ongelukkig stieten zij op een langen, vertikalen rotswand van 2 a 3 M. hoogte; vermoeid als zij waren, wierpen de meesten zich in den dooden hoek van den krans neer, slechts enkelen poogden naar boven te klimmen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 361