915 c. van uit een waarnemingspost, gelegen in de borstwering, vóór die schijfinrichting. Ad a. Wenscht men de schijven te bedienen van af de standplaats van den schutter, dan moet het trektouw voldoende lang zijn voor de verschillende afstanden, waarop geschoten wordt. Daarbij moeten de zwaarte en de wrijving van dit lange touw opgeheven worden, wil de hefboomsarm r' vanzelf terugvallen en daardoor het haakje d losma ken. Hiertoe kan men in plaats van het touw langs de schietbaan een ijzerdraad aanbrengen, loopende over ka trollen, ingericht als de geleidingen bij de seinarmen langs de spoorbanen, waarbij op bepaalde afstanden, stangen met trekveeren ingeschakeld worden, x en y, teneinde deze draad steeds in de richting van de schijf te trekken en de zwaarte en wrijving daarvan op te heffen. Een enkele man kan dan de verschillende schijven be dienen. Bedieningsmanschappen bij de schijf zijn onnoodig; alleen dient men zich, voor het verwisselen der schijven bij verandering van doel, naar de opstellingsplaats daarvan te begeven. Ad b. Men kan de valschij veninrichting ook opstellen achter een gronddekking tot bescherming van die inrichting (zie fig 1), waarbij dan alleen de schijven boven die borstwering uitsteken. De verschillende trektouwen kun nen dan over katrollen naar een zijwaarts gelegen waar nemingspost geleid, en van daar bediend worden. Die touwen kunnen dan veel korter zijn, en een inrichting, zooals onder ad. a is aangegeven om zwaarte en wrijving daarvan te overwinnen is minder noodig, terwijl weer één enkele man voor de bediening voldoende is. Bij de bestaande inrichtingen der schietbanen zou deze verandering derhalve gemakkelijk aan te brengen zijn, door het opwerpen van een borstwering vóór den kogelvanger en vóór de standplaats der schijfinrichting. De bediening der schijyen kan dan een veiiige plaats achter den be- staanden, zijwaarts gelegen, waarnemingspost vinden. Deze behoeft dien post dan niet te verlaten, zoolang op éénzelfde schijvensoort gevuurd wordt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 399