995 Een groote vijver, als 't ware een klein meer, dient als wa terreservoir voor het geval van brand. Bij alle gebouwen vindt men brandkranen, met dit reservoir in verbinding staande. Het eigenlijke schietterrein is niet groot en heeft slechts ba nen van 150 en 100 M. lengte. Het is aan alle zijden door hooge wallen omringd, een bergwand vormt den kogelvanger, waar de projectielen in een tunnel opgevangen worden. De banen dienen tot beproeving van vuurmonden, voorname lijk om spanningen en snelheden te meten. Een kraan van 80 ton, gedreven door de electrische centrale op dat terrein, doet dienst bij het monteeren en transporteeren der stukken van groot kaliber. Op afbeelding V hangt aan de kraan een kanon van 24 c. M. L. 40 met provisorische affuit. Het vuren op groote afstanden tot het bepalen der banen en het inschieten der vuurmonden geschiedt op het schietterrein der Oostenrijksche artillerie te Felixdorf bij Weenen en op dat der Marine te Ponte Cane nabij Pola. Wij gingen bij ons bezoek meer in het bijzonder de volgende stukken na. a. De ook bij ons bekende Skodamitrailleur. Yoor de beschrijving van dit machinegeweer verwijzen wij gaarne naar het rapport der Commissie, Extra Bijlage, No. 9, van het I. M. T. en naar de Inleiding van de voordracht „Ma chinegeweren en hun gebruik in den veldoorlog" door den Heer den Dooren de Jong in de Indische Krijgskundige Yereeniging. Volledigheidshalve geeft VI nog eene afbeelding. Het is thans aan de Skodawerke gelukt een afzonderlijken loop voor losse patronen voor den mitrailleur te vervaardigen, waarmede ook bij vuren met losse patronen het repeteerme- chanisme in werking gesteld wordt. Waaraan het te wijten is, dat deze mitrailleur, die in Oos tenrijk wel voldoet en in Engeland en Spanje ruime toepassing vond, bij ons niet voldeed, is ons een raadsel. Wij zagen haar zonder haperen functionneeren b. Het snelvuurveldkanon van 75m.M., M. 1905. (VII) Het kanon is een stalen mantelkanon, dat bestand is tegen het springen van brisantprojectielen in de ziel.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 479