594 beide bladen komen scheef voor den gebruiker te liggen en bovendien is het bovenste blad doorschijnend, zoodat een afzon derlijk lijstje mij handiger toeschijnt. Dat op blz 391 onder- en 392 bovenaan een vergissing is in geslopen, zullen de lezers wel reeds bemerkt hebben, de lijnen ah en cd zijn daar omgewisseld. Waarom de schrijver de bladen alleen wil laten gebruiken bij snelvuur is mij met recht duidelijk; indien ze practised blijken (en het zou mij verwonderen als dit niet het geval was) dan zou ik ze bij alle vuursoorten willen gebruiken. Ten slotte iets over het formaat, de verdeelingen en de kleu ren der lijnen, die mij practisch bruikbaar bleken. Den straal der cirkels 10 cM (20 cM. is m. i. wel wat groot) nemende, wordt bij een randverdeeling in honderdsten elke ver- deeling 1 mM. groot; de helft hiervan is bij het gebruik makke lijk te schatten, zoodat men bij het uitzetten der waarnemings- hoeken deze tot in 5 duizendsten moet afronden, hetgeen mij nauwkeurig genoeg voorkomt x). Ik nam aan, dat na hot snijpunt der betrokken lijnen te heb ben gevonden, bij het opmeten der afwijking elke 0.5 cM. over een moest komen met 1%0. Bij den kleinsten coëfficiënt (0 5) komen de lijnen dan 2.5 mM. van elkander te liggen, bij den grootsten (1.5) wordt dit 7.5 mM. Het gebrek van onduidelijkheid door te dicht bij elkander staan der lijnen heb ik getracht te ondervangen door op de witte bladen de middellijn zwart en dik te maken, alle overige lijnen rood en zichtbaar dunner, behalve de 5e, 10e, 15e enz. die weder zwart en iets dikker dan de roode lijnen worden (de roode lijnen vormen dus groepen van 4); op de bladen van calqueer papier de dikte der lijnen als op de witte, doch de kleuren om gewisseld. Bij deze inrichting ziet men de lijn, die men noodig heeft, snel en gemakkelijk. Nam men (bij een straal van 10 cM,) de waarde van 10 mM. 10/00 afwijking, dan kon men bij de coëfficiënten 1 en 1.5 slechts 9 en 6 lijnen aan een zijde trekken en zou men 1) Het uitzetten der rand verdeeling ia met een dubbele dM gemakkelijk uit te voeren als men een boogje van 5 mM ala reclit aaneemt; ik verdeelde, om te zien of het goed' uitkwam, tot een kwart cirkel door en kwam juiBt op 157 uit (4 X 1570 6280).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 74