603
ons, hoewel niet blind voor de meerdere kans op beschadiging,
achten een korrel van onderstaanden vorm de meest gewenschte.
Deze vorm is volstrekt niet nieuw. (I. M. T. 1906 I).
zijde van korrel en vizierkeep samenvallen.
Een fout in het richten zal den man direct moeten opvallen. Is
toch de korrel te hoog, dan is dit duidelijk zichtbaar, daar dan de
bovenkant van a niet samenvalt met het open gedeelte in den boven
kant van het vizier b. Is de korrel te laag dan doet zich hetzelldo
voor,
Is de korrel te veel rechts of links, dan wordt de keep niet
geheel door de korrel gevuld en is er dus een luchtplek in de
keep. O. i. zal het richten door dezen korrelvorm veel gemak
kelijker zijn dan met den tegenwoordigen.
Teneinde het richten te vergemakkelijken worde nog een
streep d in roode kleur aangebracht, die bij een gericht geweer
met de streep e voor het oog een geheel moet vormen.
ad c. van zijn onderwijzer.
Moge slecht schieten gedeeltelijk geweten kunnen worden
aan den schutter zelve, het geweer en de wijze van opleiding,
voor een groot deel is de schuld aan den onderwijzer.
't Is toch duidelijk, dat waar de onderwijzer beschikt over normale
leerlingen, voorzien van een voldoend schietwapen, de over 't geheel
slechte resultaten grootendeels de schuld van den onderwijzer zijn.
Dit dunkt ons niet voor tegenspraak vatbaar. Onvermoeide
ijver en groote toewijding van den onderwijzer zijn noodzakelijk
tot het vormen van goede schutters.
ad cl. Voor onze infanterie is het oefeningsstelsel vastgelegd
in 't S. V., dat. mag men de berichten gelooven, spoedig in de
archieven kan worden opgeborgen. Hoewel 't S. Y. in 2 zegt:
„De C. Cdt. regelt het onderricht. echter met inachtneming
van dit voorschrift", zal ieder 't wel met ons eens zijn, dat er
met de inachtneming van het voorschrift voor den C. Cdt. al
bedroefd weinig te regelen overblijft.
d
De korrel a past volkomen in de vizierkeep
c, zoodat bij het richten de keep volkomen
door de korrel wordt gevuld en de boven-
e