PROEVEN MET TREFFERBLADEN BIJ DE VESTING ARTILLERIE. i) Met plaat XXII. Ik begin met den Heer Brandon dank te zeggen voor de aan dacht, die hij aan mijn poging tot verbetering der waarneming bij de Vesting-Artillerie heeft geschonken en apprecieer zijne op-en aanmerkingen over de treffer bladen. Met mijne ondervinding, uit de proeven gedurende de schiet oefeningen te Batoe Djadjar opgedaan kan ik echter niet overal met zijne ideeën meegaan. Enkele zijn reeds door ons monde ling besproken, voor de volledigheid echter, volgen hier de ver schillende bijzonderheden. De factor Cos_ n_ hoek_ Zeer terecht behoeft hiermede geen rekening te worden gehouden, de coëfficiënt was bij het samen stellen der bladen aan mijne bijzondere aandacht ontsnapt. De kolommen voor de opgaven der zijposten op de bladen zelf moeten m.i. ook vervallen, echter niet zoozeer omdat de bladen wat scheef voor den gebruiker komen te liggen, als wel omdat elk trefferblad meermalen gebruikt kan worden. Wat het aan- teekenen op een afzonderlijk lijstje betreft, het is m.i. gewenscht, dat de gebruiker der bladen uitsluitend met deze te maken heeft, hierop al zijn verrichtingen uitvoert en zijn aandacht niet bij nog meer papieren noodig heeft, vooral als gebruiker de vuur- leider zelf is. Met het oog hierop lijkt mij dan ook het meest practisch, dat degene van wien de gebruiker der bladen de op gaven krijgt, deze zelf noteert, terwijl de gebruiker slechts de resultaten in zijn schietstaat opneemt. Het formaat. De door den Heer Brandon voorgestelde straal van 10 c.M. is te klein gebleken, de schoten vallen dan te spoedig buiten den cirkel. De straat van 10 c.M. zal geen bezwaar zijn, 1) Zie I. M. T. 1907 blz. 389 e. v. blz. 593 e. y.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 242