771
type. Over het algemeen komt er vrij veel water voor, maar daar de
kampongs meestal boven op de steilste toppen liggen, is het naar boven
brengen zeer bezwarend, daar de ravijnen soms tot 1000' diep zijn.
Het dichtstbevolkte en best bebouwde gebied vindt men in het Oosten,
langs de kust van Wai Oela tot voorbij Posto (Wichmann T. A. Gr. VIII
geeft hier de namen op van 57 kampongs).
Endeh is de naam van eene geheel met klappers beplante, 11 a 12
palen in omtrek metende vlakte ten W. van de Ipi-baai, waarin een
complex van 21 kampongs met 15000 zielen ligt, de voornaamste han
delsplaats van Flores. Alle kampongs zijn omringd door steenen muren
en zware cactushagen, evenals de door de tuinen loopende paden, die
slechts ruimte voor één persoon bieden. De toegangen zijn afgesloten
door bamboe-klaphekken, van boven bezwaard met steenen en van onderen
voorzien van ijzeren pennen. De pasars treft men aan bij den voet van
het gebergte op onbewoonde plaatsen, hetgeen wol bewijst, hoe de Ende-
hers de bergbewoners wantrouwen. De aanzienlijken (ata ngaë) bezitten
eenige meerdere „beschaving" tengevolge hunner zeereizen, die zij
benutten om de bergbewoners onophoudelijk te bedriegen en te berooven.
Voegt men hierbij, dat zij, naar het eenstemmig oordeel van alle rei
zigers, eene uiterst eer- en gewetenlooze maar niet minder laffe bende
schurken vormen dan begrijpt men, dat de bergstammen herhaaldelijk
gerechte wraak namen.
De vrijen houden zich uitsluitend met handel bezig, de slaven (ata O)
met een weinig landbouw.
Het bergland is vrij dicht bevolkt. Roos geeft 25 negorijen op, die
bijna alle 60 en meer huizen tellen. Het eiland Endeh heeft 2000
bew. zoodat het totale gebied op minstens 30000 kan gesteld worden,
waarvan 20000 Mohamedanen.
Het Rokkagebied is alleen bekend door de expeditie van 1890. Het
is langs twee paden (Ai Méré Ekofeto en langs Bombang) te bereiken.
Vooral de vallei van Ekofeto is dicht bebouwd en goed bevolkt. Deze
streek gewoonlijk het Rokkagebied geheeten, wordt bewoond door de
volgende stammen, die, naar hetgeen Schmidhamer (zie I. M. T. 1893 II)
opgeeft, zeer matig te schatten zijn op:
de Ata Bongga (rechteroever Ai Méré) 1000 zielen.
Langa (ten Z. W. van Ekofeto) 3000
Doea (in de vallei 1000
Wogo (ten N. O. 2000
Rokka (om den berg van dien naam) 1500 a 2000 zielen;
1) De anthropoloog Dr. ten Kate, die de geheele wereld bereisde, noemde de Endehers het
meest gedegenereerde en onsympathiekste slag van menschen, dat hij ergens ontmoet had.